Wij beperken ons tot het aanhalen van een passage uit hetgeen de op dit terrein zeer bevoegde Zwitsersche Majoor Gustav Da- niker in het Sept.—Oct.-nummer 1932 van de Mil. wissensch. und techn. Mitt. dienaangaande schreef, n. 1. „Nach der ganzen Entwicklung der Infanteriebewaffnung in den Nachkriegsjahren kann man sich in der Tat fragen, ob der Begriff des schweren M. G. nicht eine entscheidende Wandlung erfahren habe. Es wurde hier einleitend kurz ausgeführt, wie es zum schweren M. G. überhaupt gekommen ist. Nicht Forderungen der Taktiker waren entscheidend gewesen, sondern Möglichkeiten der Technik. Diese Möglichkeiten haben sich indessen heute geandert. Die meisten Schiessaufgaben der herkömmlichen schweren M. G. lassen sich durch ein mittelschweres M. G. gerade so gut lösen, wenn man von einzelnen Spezialfor- derungen, wie zum Beispiel langem, ununterbrochenem Dauerfeuer, absieht. Andre Schiessaufgaben, die erst in neuerer Zeit dem schweren M. G. übertragen wurden, wie Schiessen auf sehr grosse Entfernungen oder Schiessen gegen Flugzeuge usw., könnten in dessen besser von ein grösserkalibrigen Waffe ausgeführt werden. Vomjetzigen schweren M. G. strebt die Entwicklung nach zwei Richtungen, einmal nach unten zum mittelschweren M. G., be- ziehungsweise zu einem durch eine leichte Lafette stabilisierten leichten M. G., andrerseits nach oben zu einem überschweren M. G. mit entsprechender Kalibervergrösserung". Dat het hier gaat om een vraagstuk, dat ook voor het Indische leger van bijzonder gewicht te achten is, behoeft na hetgeen de toenmalige Majoor der Infanterie T. Bakker in het reeds eerder genoemde artikel in het I. M. T. daarover schreef, n. o. m. niet meer uitvoerig betoogd te worden. Vooral bij het gebruik van den mitrailleur in den aanval spre ken de bezwaren het sterkst. De tacticus wenscht, wanneer op andere wijze (vuur over eigen troepen, vuur door openingen in de voorste gevechtslinie) de steun van de mitrailleurs niet meer verzekerd is, deze te doen medegaan in de 1ste linie. De mitrail leur is daar evenwel te zichtbaar en dus kwetsbaarspeciaal het in stelling komen valt op. Voorts is de mobiliteit van den door menschen gedragen mitrailleur belangrijk minder dan van de infanteriehet gevaar bestaat dus, dat de mitrailleur al spoe dig de beweging van de infanterie niet meer kan volgen. De watervoorziening kan dikwijls ernstige, soms zelfs onoverkomelijke, moeilijkheden opleveren. De schiettechnicus wil aan die bezwaren tegemoet komen door verbetering van de richtmiddelen, zoodat uit meer achterwaarts gelegen, gedekte opstellingen gesteund kan worden, terwijl door den grooteren afstand van de eigen strijdende troepen meer gele genheid bestaat daarover heen te vuren, hetgeen weer minder frequente stellingverandering veroorlooft. Er ontstaat echter een 554

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 52