586
Militar Wochenblatt Nos 30 en 33 (11 Febr. en 4 Mrt. 1933).
Truppenkavallerie. Rittmeister Balck zet zijn inzichten uiteen omtrent de be
antwoording van de vraag: „Wat kan de troepencommandant van de aan zijn
afdeeling toegevoegde Verkenningsafdeeiing (Aufklarungs-Abteilung) verwach
ten?" en toont met een tweetal voorbeelden uit de krijgsgeschiedenis aan
dat het in gevecht brengen van deze cavalerie veelal noodzakelijk zal zijn'
waardoor groote successen kunnen worden geboekt. Wel is waar treden in'
bedoelde voorbeelden regimenten cavalerie op, zoodat de conclusies, welke
uit deze gevahtm getrokken kunnen worden, niet geheel opgaan voor de
Aufkl. Abteilungen (A. An), welke slechts beschikken over 1 a 2 eskadrons
cavalerie; hiertegenover stelt Schr. echter de omstandigheid, dat de A An in
het bezit zijn van geweermitrailleurs, waardoor de gevechtskracht aanmerke
lijk wordt verhoogd. „Man wird sie also ohne Bedenken, verstarkt durch Ar
tillerie auch in Zukunft zu ahnlichen Aufgaben ansetzen können und entspre-
chend erziehen müssen".
Een vergelijking van het optreden van de Duitsche A. A. met de Fransche
Groupe de Reconnaissance (Gr. de R.) toont aan, dat de opvattingen omtrent
de wijze van optreden aanmerkelijk verschillen. Bij het optreden van de Duitsche
A.A. wordt het zwaartepunt van haar werkzaamheid gelegd in het optreden
van de patrouilles, welke 10 a 12 km vóór het gros van de A. A. uitgaan
Alle belangrijke zijwegen worden met patrs. afgesloten, welke patrs. sprongs
gewijze voorwaarts gaan. Het gros volgt eveneens sprongsgewijze en vormt
een ruggesteun voor de patrs, door al naar gelang van de omstandigheden
deze te ondersteunen of op te nemen. Van den strijd met de vijandelijke
A. An. worden waardevolle gegevens verwacht.
Geheel anders is echter het optreden van de Fransche Gr. de R welke
voor alles een beveiligende taak heeft en zooals het Fransche Inf Regl II
zegteen verplaatsbare vuurreserve in de hand van den Div. Cdt. kan vormen.
De Gr. de R. divisionaire treedt op als beveiliging van de voorhoede tot
op een afstand van 4 tot 8 km vóór de infanterie-spits. Haar taak is de voor
ste troepen van de voorhoede te beschermen tegen vuur uit middelbaar ge
schut. Patrouilles worden slechts vooruitgezonden om beveiligd te zijn tegen
onverwachte beschietingen van vijandelijke infanterie.
De eskadrons worden over de geheele breedte van de te beveiligen strook
verspreid (ontplooid) en vormen met de met paarden bespannen mitrailleurs
net „echelon de reconnaissance" dat sprongsgewijze van waarnemingspunt
tot waarnemingspunt voorwaarts gaat. Het zwaartepunt wordt in de waarneming
geiega.
Achter dit „échelon de reconnaissance" volgt de commandant van de Gr
de R met de wie rijders-compagnie en de gemotoriseerde afdeelingen als
„echelon de combat'Veiligheid wordt bovenal gesteld en niets aan hettoe-
val overgelaten. Wordt op den vijand gestooten dan vaststellen hoe sterk hij
stootèn Z da" wordt met de GrouPe de combat doorge-
Bij de verdediging wordt door het Echelon de Reconnaissance, nu Echelon
de surveillance genoemd, een linie van uitzichtgevende punten bezet met als
reserve daarachter het echelon de combat (nuéchelon de résistance) welke
reserve op een eventueel tegenover het échelon de surveillance ontwikkelden
vijand tot den aanval zal overgaan.
niZei?ppf+tte MSeit SihV •'?.ede dat de °r' de bi) de manoeuvres in 1931
met heeft voldaan de leiding van de drie ongelijksoortige eenheden, paard
wielrijder en motor leverde zeer groote moeilijkheden op. Volgens Schr. is
hpfmeeSM f A D aI\ Welke alleen ud miters bestaat, immers „der Reiter
hat vor Motor und Radfahrer voraus dasz er injedem Gelande, auszer Sumpf
w;» u-ge* .gfi- gelandegangig ist, beim Marsche sieht und hórt, sich bis
a r,emste taktische Einheit, den einzelnen Reiter, leicht zerlegen laszt und
Ausfalle nur selten taktische Einheiten auf einmal treffen".