Ook moet de commissiedokter er voor zorgen, dat de daar voor in aanmerking komende specialisten een zoo helder mogelijk „resumé" hebben geleverd, waarin door hen zoo scherp mogelijk een conclusie is getrokken. Hoe eerder en vlugger deze gegevens worden verzameld, des te vlotter kunnen de gevallen afgehandeld worden, wat winst voor den lande zal beteekenen. Nemen we nu als le voorbeeld het geval, waarbij een officier voor de commissie verschijnt en waarbij de commissiedokter tot in de perfectie voor alles heeft gezorgd. Dan blijkt in de le plaats duidelijk uit de bescheiden, waarom de betrokken officier voor de commissie moet verschijnenof dit op bij zonderen last van de daartoe bevoegde autoriteit gebeurt of dat bijvoorbeeld een evacuatie of een tweejarige termijn van tijdelijke ongeschiktheid voor den dienst te velde de reden is. Verder bevindt zich bij de bescheiden het extract-stamboek, waaruit allerlei gegevens kunnen worden geput. Geboortejaar, geboorteplaats, gehuwd, weduwnaar, gescheiden, ongehuwd, aan tal kinderen, hoe oud ze zijn. Verder het jaar van indiensttreden. Waar men geplaatst is geweest tijdens de carrière. Wanneer Europeesche verloven genoten werden. Hoe dikwijls en hoe lang men tijdelijk ongeschikt voor den dienst te velde was. Allemaal gegevens, die bij het nemen van beslissingen van belang kunnen zijn. Verder treffen we bij de bescheiden aan het extract-strafboek. Dit kan ons in vele gevallen wel het een en ander leeren omtrent de psychische gesteldheid van den betrokken officier, als we nagaan, waarom hij gestraft werd. In tegenstelling met het extract-strafboek, dat ons eenigszins kan inlichten omtrent de psyche, verschaft het model 18, dat we in de 4e plaats bij de bescheiden vinden, gegevens omtrent het physiek. Dit model 18, dat opgemaakt wordt voor officieren en onder luitenants, treedt eenigszins in de plaats van het ziektenboekje van militairen beneden den rang van onderluitenant. Hierop wordt aangeteekend, hoeveel ziektedagen een officier heeft gehad, terwijl er door den chef ook een oordeel over het physiek op moet worden bekend gesteld. Verder behoort niet te ontbreken de verklaring van den korps commandant, bedoeld in de algemeene order 1912 No. 1, waar in deze zegt, wel of niet te kunnen verklaren, dat de ziels- of lichaamsgebreken, die de geschiktheid voor den militairen dienst zouden kunnen doen verliezen, zijn ontstaan in en door den dienst. In het bevestigend geval moet er een duidelijke uiteenzetting bij zijn van de omstandigheden, waaronder de bewuste gebreken en ziekten zijn ontstaan. Het spreekt verder vanzelf, dat een volledige commissielijst en de ziektegeschiedenissen den bundel bescheiden compleet moeten maken. 644

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 46