De Chineesche beweging.
Onder de Chineezen in Ned.-Indië zijn vier stroomingen te
onderscheiden
1. Die der leden van de Kuo Min Tang, de Chineesche volks
partij in China. Een groot deel der Singkeh-Chineezen is hierbij
aangeslotenhet is begrijpelijk dat deze personen met groote
belangstelling de gebeurtenissen in het moederland volgen. De
afdeeling der K. M. T. in Ned.-lndië oriënteert zich dan ook
grootendeels op de moederpartij in China.
2 De communistische, zijnde de minst krachtige strooming.
Hoewel het communisme in Indië verboden is, komen verschijn
selen ervan af en toe, vooral onder de Singkeh-Chineezen, voor.
Meestentijds treden zij op als colporteurs van communistische
lectuur.
3. Het streven der Chung Hwa Hui naar verbeteringen op
politiek, sociaal en economisch gebied. Deze zeer invloedrijke
vereeniging werkt loyaal met het Gouvernement samen en staat
onder leiding van het Volksraadslid Kan.
Aangeteekend moge worden, dat de gelijknamige Chineesche
vereeniging in Nederland links georiënteerd is.
4. De eerst kort geleden zich geuit hebbende strooming onder
de peranakan-Chineezen om samen te gaan met de Inlandsche
nationalisten. Zij uitte zich het eerst bij de oprichting van de
Perserikatan Perkoempoelan2 Bangsa Azia (P. P. P. B. A.) een
vereeniging, waarvan alle Aziaten lid konden worden. Een „Azië
voor de Aziaten" kwam hierbij tot uiting. Voorman der beweging
was de Chinees Lim Khoen Hian.
Toen deze vereeniging geen succes bleek te zijn, richtte deze
Chinees een andere op, de „Partij Tiong Hoa Indonesia" (P. T.
H. I.). Deze partij zoekt nau we samenwerking met de Inheemsche
politieke vereenigingen. Zij schijnt een matig succes te hebben
in enkele plaatsen werden afdeelingen opgericht.
(Slot volgt).
665