Het nog te Straatsburg beschikbare bataljon rukte naar aan
leiding van deze berichten onmiddellijk uit het was 10 uur
's avonds met bestemming Ltitzelhausen, een klein plaatsje in het
bedoelde vak. De verplaatsing geschiedde per trein; locomotief
en tender werden bezet door infanterie, waarbij ingedeeld eenige
hoornblazers; alle lichten in den trein werden gedoofd.
Aldra werd de trein bij een klein station in de omgeving van
Straatsburg opgehouden door den stationschef ter plaatse, die
doorrijden onmogelijk achtte, omdat „de geheele lijn verder was
gemineerd". Op de vraag van den generaal, die zich eveneens
in den trein bevond, door wie dit dan wel was geschied, kwam
het prompte antwoord„door onze eigen pioniers, omdat de
Franschen in aantocht zijn", hetgeen echter op een volkomen
fictie berustte. Op ditzelfde station kreeg de generaal tevens een
telegram in handen van den commandant van het werk K.W. II,
luidende: „Alle bereikbare troepen op het fort teruggenomen.
Fort wordt ernstig bedreigd door de Franschen; bezetting zal
zich niet kunnen handhaven". Hoewel het station, waar de trein zich
bevond op korten afstand van het bedoelde fort was gelegen, werd
van eenig gevechtsrumoer niets vernomen. De generaal besloot
dan ook, dat dit bericht bezijden de waarheid moest zijn en
gaf nu de opdracht„De trein rijdt zonder verder oponthoud
door naar Lützelhausen. Indien een aanval op den trein wordt
ondernomen, dan aanvallen op het signaal „voorwaarts loop
pas" in de richting, waaruit het vijandelijk vuur wordt waar
genomen".
Inderdaad kwam de trein zonder eenig ongeval te Lützelhausen
aan en hier liet de generaal onverwijld alle doorgaande telegram
men opvangen en aanteekenen. Onder deze telegrammen bevon
den zich de volgende berichten(van een commandant van een
veldwacht)„Ik heb mij teruggetrokken onder druk van den vijand,
die op beide flanken aanviel" en voorts: „Zoo juist is het veld
werk X door den vijand genomen". Verliezen waren echter ner
gens opgetreden.
Zonder verder commentaar zond de generaal de troepen in aller
ijl naar hun oude opstellingen terug, welke zij ook alle zonder
eenig voorval bereikten. De geheele berichtgeving omtrent den
vijand bleek op een hallucinatie te berusten
En thans de aanleiding tot het drama. Eenige, met de terreins
omstandigheden vertrouwde douane-ambtenaren, waren van de
grens teruggezonden en hadden met hun fantastische verhalen de
geheele streek in beroering gezet. Aan de grens bevond zich een
berichtofficier van het werk K. W. IIdeze was onder den indruk
gekomen van de verhalen der douaniers, was met hen in een auto
van de grens teruggekomen en had aan alle posten, welke hij op
zijn weg ontmoette, medegedeeld, dat sterke vijandelijke troepen
hem op den voet volgden. Deze berichten werden door den com
mandant van de grensbewaking zonder nader onderzoek voor juist
606