Het woordje „der" is dus blijkbaar in de algemeene order weggevallen, doch er wordt aan de woorden „drie oudste'' toch een bedoeling gegeven, alsof er drie der oudste stond. Onder drie oudste officieren van gezondheid wordt n. 1. ver staan, de oudste daarvoor beschikbaar zijnde en in aanmerking komende officieren van gezondheid; een omschrijving dus van drie der oudste, zooals dat in het oorspronkelijk Staatsblad stond. Het wordt nu zoodanig geregeld, dat op plaatsen, waar slechts twee hoofdofficieren aanwezig zijn, één hunner niet in de genees kundige commissie zitting neemt. Hierdoor wordt een financieel voordeel bereikt. Zooals bekend is, bestaat volgens de verschillende pensioenreglementen het recht op een herhaald geneeskundig onderzoek, wanneer men afgekeurd wordt. Omdat nu één hoofdofficier in de commissie zitting neemt, blijft op plaatsen met twee hoofdofficieren, de andere beschikbaar, om op te treden als voorzitter der geneeskundige commissie, wanneer een herhaald geneeskundig onderzoek gevraagd wordt. Ook de samenstelling der geneeskundige hoofdcommissie wordt in de algemeene order 1909 No. 48 genoemd. Deze bestaat niet uit 3 maar uit 5 leden, van wie de oudste als voorzitter optreedt. De leden worden telkens, voor iedere hoofdcommissie opnieuw, aangewezen door den Inspecteur van den M. G. D., uit de te Tjimahi en Bandoeng aanwezige officieren van gezondheid. Deze leden zullen zooveel mogelijk opper- en hoofdofficieren zijn. Dat hier ook gesproken wordt van opper-officieren, houdt dus in, dat de Inspecteur zelf, wanneer hij dat noodzakelijk vindt, op kan treden als Voorzitter der geneeskundige Hoofdcommissie. Over de wordingsgeschiedenis der Hoofdcommissie het volgende. Het in 1909 samengestelde reglement voor den militair genees kundigen dienst in Nederl.-Indië diende ter vervanging van het oudere reglement, dat bij het reeds genoemde Staatsblad 1887 No. 51 was vastgesteld. In dit Staatsblad is wel sprake van geneeskundige commissies, maar van de geneeskundige hoofdcommissie vinden we geen spoor. Het zou dan ook nog 13 jaren duren, voordat de hoofdcom missie het levenslicht zou zien. Haar geboortejaar is 1900. Als generator der hoofdcommissie moet genoemd worden de toenmalige Inspecteur van den Militair Geneeskundigen Dienst, toen nog geheeten „Chef over den geneeskundigen dienst", de Frijtag. Deze deelde in een schrijven aan den Legercommandant mede, dat het hem wenschelijk voorkwam een controle op de beslis singen der geneeskundige commissies, meer dan tot voorheen mogelijk was, in het leven te roepen. Men krijgt uit dien brief den indruk, dat toentertijd aan den Inspecteur van den Militair Geneeskundigen Dienst maar betrek- 632

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 34