V. Herdenking. Woensdag 16 Augustus 1933 vond de plechtige herdenking plaats van het feit, dat de generale staf van het Leger in Nederlandsch- Indië 60 jaren heeft bestaan. Met het oog op de tijdsomstandigheden werd de herdenking beperkt tot een vooravondreceptie in de tooneelzaal van de Sociëteit Concordia, welke gevolgd werd door een gemeenschap- pelijken maaltijd voor officieren, die bij den generalen staf werk zaam zijn of vroeger daarbij ingedeeld geweest zijn. Afgevaardig den van de Solosche en Djokjasche Hoven, van het Huis van den Mangkoe Negoro alsmede de Kapitein ter Zee F. W. Coster, Chef van den Marinestaf, zaten daarbij mede aan. Voor de receptie was in de tooneelzaal van de Sociëteit Con cordia een passende versiering aangebracht, waarbij de nationale kleuren en het wapen van Nederland, benevens het blauw van den staf domineerden. Op het tooneel vond men alle emblemen vereenigd, uitbeeldende de wapens en diensten, waaruit ons leger bestaatin het midden daarvan prijkte de groote steronder- scheidingsteeken van den generalen staf. Een veertigtal bloemstukken legde getuigenis af van de betee- kenis van het feit van den dag en van de belangstelling, die er voor bestond. Het was een schitterende verzameling, w. o. er opgemerkt werden van den legercommandant, van diverse bankin stellingen, van de faculteit der technische wetenschappen, van de Indische Krijgskundige Vereeniging, de Ned. Ind. Officiers Veree- niging, van Ons Aller Belang, van de Vaderlandsche Club en verschillende andere burger-vereenigingen, van den directeur van Gouvernements-Bedrijven, van de gemeente, van den resident, van oud-officieren, ook in Nederland, van den hoofdinspecteur der Staats-Spoor en zijn staf, van de stafofficieren aan het Solosche hof, van den Mangkoe Negoro en zijn officieren, van het bestuur der sociëteit Concordiavoorts van de afdeelingen van het De partement van Oorlog en van tal van korpsen en garnizoenen. Een lange file van dames en heeren kwamen den chef van den generalen staf complimenteeren. Ongeveer te half 8 werd het recipieeren voor eenigen tijd on derbroken met het oog op de komst van den Legercommandant. De chef van den generalen staf en Mevrouw Boerstra gingen de hooge gasten ter verwelkoming tegemoet. Zijne Excellentie de Legercommandant arriveerde te 7 uur 40, waarop men zich naar de receptieruimte begaf. Rechts van Zijne Exellentie den Legercommandant schreed de Adjudant in buitengewonen dienst van Hare Majesteit de Koningin, de majoor der artillerie A. R. W. Geij van Pittius daarachter volgden de chef van den Generalen Staf met den ver tegenwoordiger van den Landvoogd, den kapitein van den generalen staf C. van den Hoogenband, terwijl de dames Koster, Boerstra 797

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 27