De heer Ir. D. de Jongli Wzn., directeur van het Departement van Gouvernements Bedrijven, kwam van harte gebruik maken van de gelegenheid, den staf te complimenteeren. Spreker gewaagde er van, dat de aanrakingen met dit lichaam van hoogst aangena- men aard waren, o. m. voor wat betreft de burgerlijke luchtvaart. Men ondervond zeer gewaardeerden steun en het contact was immer van prettig zakelijken aard. Achtereenvolgens kwamen nu hunne gelukwenschen aanbieden de vertegenwoordigers van Zijne Vorstelijke Hoogheid den Soe- soehoenan Pakoe Boewono X, de luitenant-kolonel Hario Pangeran Mangkoediningrat en de onder-regent Raden Mas Hario Josodipoero; van Zijne Hoogheid den Sultan Hamangkoe Boewono VIII, de majoor Pangeran Ario Hadisoerjo en de majoor Pangeran Ario Djojokoesomovan Zijne Hoogheid Mangkoe Negoro VII, Com mandant van het Legioen van Mangkoe Negoro, de kapitein- Adjudant Raden Mas Pandji Sarjanto Notohatmodjo en de 1ste luitenant Mas Pandji Soewardi Tjokrohatmodjo. Ten slotte waren er afgevaardigden van de Nederlandsch-Indische Officiers Vereeniging en van de Onderofficiersvereenigingen „Ons Aller Belang", „St. Ignatius" en „Pro Rege," die namens hunne vereenigingen gelukwenschen aanboden. Nadat alle sprekers waren beantwoord, werd de receptie voort gezet, waarbij tevens de gelegenheid werd aangegrepen, mevrouw en generaal Boerstra geluk te wenschen met de zoo juist bekend geworden Koninklijke onderscheiding, den chef van den generalen staf verleend. Om 8 uur 40 klonken de eerste maten van het Wilhelmus op, toen Zijne Excellentie de Legercommandant met gevolg, uitgeleide gedaan door mevrouw en generaal Boerstra, vertrok. M.-M. 803

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 33