Versperringen (zie schets No. 7) moeten aan de volgende eischen
voldoen
1. Zij moeten door eigen troepen onder vuur genomen kunnen
worden.
2. Zij mogen geen dekking bieden aan de tegenpartij.
Zij moeten onmiddellijk worden gemaakt na het terugdringen
van een menigte in een straat, die voor afsluiting in aanmerking
komt. Zij dragen in dit geval een vluchtig karakter en dienen
hoofdzakelijk om een bepaalde grens aan te geven, welke met
overschreden mag worden.
In sommige gevallen voldoet reeds een eenvoudige afsluiting
van prikkeldraad of glad draad, waarbij een waarschuwingsbord.
Moet de versperring langeren tijd dienen, dan behooren meer
afdoende versperringen te worden gemaakt, b. v. Friesche ruiters
of draadrollen.
Wat betreft het opstellen van posten bij versperringen is het
volgende van belang
1. Bij voorkeur dubbelposten plaatsen.
2. De posten moeten de geheele versperring, waarachter zij zijn
opgesteld, kunnen overzien en onder vuur nemen.
3. Bij dag de posten zoo mogelijk opstellen in huizen.
4 Bij nacht de posten op straat opstellen, waarbij zoo eenigs-
zins mogelijk, de straatverlichting de versperring verlicht en
de posten in het donker zijn opgesteld.
In schets 7 zijn eenige goede (I en II) en eenige foutieve (III
en IV) opstellingen van posten aangegeven.
In III zijn de versperringen niet ver genoeg van het kruispunt
aangelegd. Hierdoor ontstaat het bezwaar, dat de verzetslieden in
de beide straten elkaar kunnen zien en eventueel steunen.
In III en IV staan de posten te dicht op de hindernis en staan
zij bij doorbreking onmiddellijk bloot aan overvalling.
Dit zijn wel de belangrijkste gevallen te achten, welke zich bij
straatgevechten kunnen voordoen. In hoofdzaak zijn de ervaringen
in Europa geraadpleegd, welke ons echter ten voorbeeld kunnen
strekken.
De factoren, welke van invloed zijn op den aard van de straat
gevechten in Indië in vergelijking met Europa zijn reeds naar
voren gebracht in het I. M. T. 1932, November No. 4.
Ten aanzien van de bewapening zij nog opgemerkt dat men
van de zijde van de verzetslieden niet behoeft te rekenen op
een veelzijdige bewapening, doch evenmin moet de mogelijkheid
over het hoofd gezien worden, dat in geval van ernstig verzet, van
buitenaf voorbereid en georganiseerd, de bevolking wel degelijk
in het bezit van vuurwapenen is. Op mitrailleurs behoeven wij