erin ongehinderd op ongeveer 100 mijl van de kanaalsluizen een gunstige opstelling in te nemen, en bij het aanbreken van den dag alle vliegtuigen (85) te doen starten voor een aanval. Door het te laat ingaan van de melding van de Detroit slaagde deze aanval op de sluizen, en werden slechts vier vliegtuigen door 's vijands tegenwerking op den terugweg tot landen gedwongen. De Saratoga werd echter bij het weder aan boord nemen der vliegtuigen door blauwe slagschepen, welke op de melding der Detroit waren afgegaan, onder vuur genomen. De Saratoga had met haar 33 knoopen met succes tegenover de 21 knoopen ma kende slagschepen het hazenpad kunnen kiezen, maar dan had zij de vliegtuigen aan hun lot moeten overlaten. Hoewel het luchtafweergeschut met zijn sedert den oorlog be duidend verbeterde werking niet tot zijn recht kwam, hadden deze eerste drie manoeuvredagen toch de mogelijkheid aangetoond van verrassende bomaanvallen, welker succes slechts van de uitwer king van zware bommen op sluis- en damwerken afhankelijk is. Bij het volgende deel der manoeuvres was de bedoeling der zwarte vloot om de sluizen van Miraflores met artillerievuur te vernielen, met behulp van waarnemingsvliegtuigen. Hierbij werd door de beide partijen een groote activiteit ontplooid in de lucht, omvattende luchtverkenning, bomaanvallen op de zwarte vloot, en jagergevechten om het luchtoverwicht boven zee. Een aanval der blauwe duikbooten werd door de zwarte luchtstrijdkrachten tijdig onderkend, en met onderwaterbommen bestookt. Daarmede eindigden deze manoeuvres. De meest markante handeling was wel de zelfstandige actie van de Saratoga, die op een afstand van 1200 KM. van het Panama kanaal bij de Galapagos veilig was opgeborgen. Met de noodige bescherming van kruisers en torpedojagers kunnen nu echter moederschepen, welke vandaag nog 900 mijl van hun doel af zijn, den volgenden dag reeds tegen hun object worden ingezet". Deze gecombineerde lucht- en vlootmanoeuvres, hoe uitstekend overigens opgezet en afgewerkt, bewijzen natuurlijk op zichzelf niet veel, of waarschijnlijk bewijzen zij datgene wat de marine- en luchtstaven ermede wilden aantoonen. Het maken van ge volgtrekkingen daaruit zou voor outsiders dan ook voorbarig wezen. Wel is de verleiding groot om een analogie te trekken tusschen een eventueele vijandelijke actie tegen het Panama-kanaal en tegen onze Indische vlootbasis, welk onderwerp uit te werken evenwel buiten dit kleine bestek valt. Eén punt komt n.o. m. uit het voorgaande echter duidelijk naar voren, en wel dat elke uitbreiding der groote Pacific-vloten met volwaardige moderne moederschepen zijdelings onze defensie raakt. Zij verhoogt de beteekenis van een goeden luchtafweer 838 Zie Luchtmacht 1933, No. 1. „Mogelijkheden van aanval en verdediging in den luchtoorlog", van majoor Maas.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 68