Europeanen met inbegrip van militie en landstorm 30.000
Amb. en Men5.000
Inlanders 7.500
Legioen M.N. en Barisans 2.500
Totaal 45.000
Hiervoor is per dag 45.000 X X 0.2 kg. 6.750 kg. meel
noodig. Wenscht men eventueel uit hoofde van een kleinen voor
raad de verstrekking van brood te beperken tot het eigenlijke
veldleger, waarvan men de sterkte op 25.000 man kan stellen, dan
kan worden volstaan met 25.000 X X0.2 kg. 3.750 kg. meel
per dag.
Deze behoefte kan nog aanzienlijk worden beperkt, door het
tarwemeel te vermengen met andere meelsoorten. Zooals bekend
heeft men gedurende den Wereldoorlog in vrijwel alle Europeesche
landen z.g. oorlogsbrood gegeten, vervaardigd van tarwemeel met
allerlei bijmengselen nl. andere meelsoorten, tot zemelen toe. Vele
lezers zullen zich dit oorlogsbrood nog wel uit den mobilisatietijd
in patria herinneren. Men was genoodzaakt deze vermenging
steeds verder door te voeren, waardoor het brood er ten slotte
niet smakelijker op werd.
Volgens de in Holland opgedane ervaring kon echter bij een
toevoeging van 30 rijstmeel nog goed brood worden verkregen.
Ook hier te lande zijn in 1916 proeven genomen met het bakken
van brood uit een mengsel van meelsoorten. Daartoe werd tarwe
meel vermengd met rijst-, mais-, tapioca-, boonen-, bananen- en
aardappelmeel.
De beste uitkomsten kreeg men met tapiocameel, doch verder
dan 15 kon niet worden gegaan zonder het brood te veel in
kwaliteit te doen inboeten. De resultaten van deze proefnemingen
waren dus minder gunstig dan de in Holland opgedane ondervin
ding. Wellicht zouden bij meer ervaring ook hier te lande wel
betere resultaten kunnen worden verkregen.
De voor het mengen gebruikte meelsoorten missen het voor
het rijzen van het brood vereischte gluten, zoodat het kleefstof
gehalte door de vermenging daalt, hetgeen als gevolg heeft, dat
ten slotte geen goed doorbakken brood kan worden verkregen.
Voor de bereiding van brood is tarwemeel dan ook onmisbaar.
Bij het bakken van scheepsbeschuit kan 30 tapiocameel wor
den bijgevoegd. Bij een grooter percentage gaat de samenhang
van het deeg verloren.
Aangezien tapiocameel en ook de andere meelsoorten op Java
steeds in voldoende hoeveelheden voorhanden zijn, kan men dus
ingeval van nood volstaan met 85 van de hiervoor genoemde
hoeveelheden tarwemeel, d.i. per dag voor het veldleger met rond
3.200 kg. en voor het geheele leger op Java met rond 5.800 kg.
914