7. ORGAAN N.I. O. V.
Het Augustus-nummer opent met een herdenkingswoord van het Hoofd
bestuur ter gelegenheid van het 35-jarig regeeringsjubileum van H. M. de
Koningin en een „In memoriam" voor den te Lho Soekon gestorven Kapi
tein der Infanterie C. E. Schmid.
Voorts treffen wij aan „Het Verre Oosten'', in welk artikel Schr. een over
zicht geeft van de voorgeschiedenis en de behandeling voor den Volkenbonds
raad van het Rapport Lytton.
„Het Jubileum van den Generalen Staf" door S, dat een kort verslag
geeft van de ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan van den Generalen Staf
door het Hoofd van den Gen. Staf gehouden receptie en een enkel woord
wijdt aan de beteekenis en de waarde van den Generalen Staf, waarbij het
bekende werk van Jean de Pierrefeu „G. Q. G." wordt aangehaald, waarin op
zoo meesterlijke wijze het wezen van den Generalen Staf is geteekend.
Luitenant-Kolonel A. C. de Bruijn geeft in „Krijgstucht" een verhandeling
over dit onderwerp, welk artikel vooral onzen jongen officieren zeer ter lezing
kan worden aanbevolen.
In „Het oefensysteem volgens het Fransche infanteriereglement" onder
werpt E. A. Steinmetz ons oefenstelsel aan een vergelijking met dat van het
Fransche Leger en haalt o. a. uit het Fransche voorschrift het gedeelte aan,
dat handelt over de bespreking van een oefening, waarin vrijwel een volledige
handleiding wordt gegeven voor een ieder, die besprekingen moet houden
of (in)leiden.
In het artikel „Het V. O.I. getoetst aan de Practijk" toont Kapt. A. M.
Sierevelt aan de hand van grafieken aan, wat bij een compagnie van het
10e Bataljon Int. in 1931 terecht kwam van de detailoefeningen gedurende
den tijd, dat de compagnie geheel ter beschikking van haar commandant
was, en over welke kadersterkte kon worden beschikt.
„Der Patrouiileganger" door M. geeft enkele grepen uit het kort geleden
onder dezen titel verschenen boek van den Duitschen schrijver Dr. Kurt
Hesse.
Een vervolg op de in de vorige aflevering van het Orgaan door Kapt.
J.M. L. Roeien aangevangen bespreking over Deel IV van het V. S. I. getiteld
„Onze voorschriften betreffende het schieten", een entrefilet naar aanleiding
van het in het vorige Orgaan voorkomende naschrift op de lezing van Kapt.
Dr. Ir. C. P. M. M. Bogaerts en de gebruikelijke mededeelingen van het
Hoofdbestuur, afdelingsverslagen, mutaties, persoverzichten enz. besluiten
deze aflevering.
v. V.
8. UIT DE VAKTIJDSCHRIFTEN.
Tactiek.
The Field Artillery Journal. Jan./Febr. 1933. Field Artillery and the
low flying attack. Majoor Hibbs wijst er op, dat in een toekomstigen oorlog
in de eerste plaats de z. g. low-flying attack, de aanval in scheervlucht, is te
verwachten, althans zoolang daartegen geen genoegzame verdedigingsmaat
regelen kunnen worden genomen.
Voor onmiddellijke verdediging tegen deze wijze van aanvallen kunnen de
jachtvliegtuigen weinig hulp bieden, omdat deze het gevecht op grootere
hoogten moeten zoeken ten einde hun snelheid en manoeuvreervaardigheid
te benutten. Ook de resultaten van het luchtdoelgeschut zullen vrij gering
zijn als gevolg van de groote hoeksnelheid. welke zich voordoet, wanneer
de vliegtuigen, na onverwachts achter een terreinvoorwerp te voorschijn
954