4. HET WAPEN VAN DE ARTILLERIE IS HET
PROJECTIEL
door
J. J. MOJET,
lste Luitenant der Artillerie.
(Vervolg van I. M. T. 1933, No. 10).
Alvorens het beloofde „cas concret" te behandelen, geven wij
hier op verzoek de berekeningen, welke geleid hebben tot de
getallen aan het slot van ons vorig artikel (I. M. T. 1933, No. 10,
blzn. 887 en 888).
Oorspronkelijk van plan zijnde, deze berekeningen aan bedoeld
artikel toe te voegen in den vorm van bijlagen, zagen wij uit
verschillende overwegingen daarvan af. Nu echter blijkt, dat
van sommige zijden prijs wordt gesteld op meer gedetailleerde
gegevens, publiceeren wij deze bijlagen alsnog, in de hoop dat
meer bevoegden op dit gebied dan wij, hieraan hun aandacht
willen besteden en aanleiding mogen vinden in de aangegeven
richting welke wellicht voor verbetering of vereenvoudiging
vatbaar is voort te gaan, teneinde ons wapen te verrijken met
uitgewerkte staatjes, gegevens bevattende voor het afgeven van
verschillende uitwerkingsvuren.
Allereerst moeten wij gewag maken van een drukfout op blz.
887, 3e regel van beneden, waar in stede van 4 km. gelezen moet
worden 3 km. Veel verschil in benoodigde munitie veroorzaakt
deze drukfout niet, daar de bovenaan blz. 888 genoemde getallen
bij een afstand van 4 km. zouden veranderen in657 (246) sch.
bij kaartvuur en 521 (195) sch. na inschieten op een hulpdoel.
Wel echter zou daardoor de vuurwijze een belangrijke wijziging
ondergaan, aangezien op het onderwerpelijke doel bij een afstand
van 4 km. slechts geschoten behoeft te worden op 4 afstanden
met een strooimaat van 100 m.
Teneinde met ronde getallen te kunnen werken, werden de
berekeningen in bijlage I verricht op afstanden van 4 en 3 km.,
waarbij de oorlogsbatterij spreidingen vrijwel overeenkomen met
50 m. (bijlage III). De bestaande verschillen zijn te verwaarloo-
zen, aangezien de berekeningen zijn gebaseerd op theoretische
grondslagen, welke niet veel afwijken van de practijk, doch ook
nimmer geheel daarmede kunnen overeenstemmen. Bovendien
ging het hier in hoofdzaak om benaderde, met elkander te ver
gelijken getallen, daar juiste waarden onmogelijk zijn te geven.
Gezien de groote moeilijkheid zoo niet de onmogelijkheid
om dergelijke berekeningen uit te voeren voor T.vuur, hebben
wij ons daaraan niet gewaagd en laten dit gaarne over aan onze
experts op het gebied van uitwendige ballistiek.
1004