langs wegen bij nacht met lichten30 km. per uur, idem zonder lichten10 km. per uur. Op den weg bedragen de normale afstanden (gerekend van „kop tot staart") tusschen de wagens15 yards, tusschen de sectiën, eskadrons en compagnieën60 yards. Tijdens de manoeuvres in 1925 werd door een compagnie een gemiddelde dagcapaciteit bereikt van 218 km. met een gemiddelde uursnelheid van 30,5 km., terwijl tijdens een speciale lange-afstand- verkenning deze getallen onderscheidenlijk bedroegen 240 en 48 km. De Fransche voorschriften stemmen in de opgaven niet geheel overeen. Zoo vonden wij vermeld voor de A. M. C. maximum snelheden op den vlakken weg 45,50 of 70 km. per uur, afhankelijk van het type actieradius minstens 200 km. gemiddelde marsch- snelheid 20 km. p. u. dagcapaciteit gemiddeld 80 km., maximum 150 km.maximum marschsnelheid 40 a 50 km. p. u. Onderstaande voorbeelden zijn ontleend aan een artikel voor komende in de Revue de Cavalerie 1932 Jan./Febr., getiteld „Les groupes de reconnaissance aux manoeuvres de 1931" door Colonel J. Pichon. Ter toelichting diene, dat de Fransche „groupes de reconnaissance" organiek niet beschikken over paw., doch dat deze Schets 1. Schets 2. '///IUV" 1090 LESSEN UIT DE MANOEUVRE-PRACTIJK.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 28