1141
1°. Japan's Population Problem" by Hugh Byas, Correspondent van the Times
in Japan. S. geeft een uitvoerig geschiedkundig overzicht van de geheele
materie, om daaraan nog een aantal politieke beschouwingen vast te
knoopen. S. is minder optimistisch dan de schrijver van het hiervoren
behandelde artikel. Volstaan moge worden met de volgende aanhaling
„If Japan's cheap shirts, rubber shoes, electric bulbs and what not are
„no longer to be accepted by other markets in increasing quantities the
„outlook is dark..." en verder... „If economic nationalism means a bloc
king of economic frontiers, it seems hardly worth while troubling the
„Disarmement Conference further", ten slotte „A supply of cheap shirts
„cannot intrinsically be a bad thing for millions of unclothed men in Asia.
„The immense unsatisfied requirements of these millions are Japan's
„strongest allies. (Dat Japan hiervan overtuigd is blijkt dagelijks, zoowel
uit de verschillende uitlatingen in de Japansche pers, als in de Maleische
dagbladen)
2°. „The China Shadow Play." by W. Nunn, M. P., waarin schrijver een kort
overzicht geeft van de wijze, waarop in den loop der jaren door verschil
lende mogendheden de Chineesche politiek werd beïnvloed, zoomede van
de in de toekomst door Engeland te volgen politiek.
In de „Revue des Troupes Coloniales" van Augs. j.l. behandelt Col. Ardant
du Picq op uitvoerige wijze het „problème ehinois".
De studie, getiteld „La Chine", wordt onderverdeeld in een achttal hoofd
stukken, welke de volgende onderwerpen in beschouwing nemen
Hoofdstuk I Het belang en de algemeene gegevens betreffende het
Chineesche vraagstuk.
Hoofdstuk IIDe Chineesche republiek de omverwerping van de mo
narchie de republiek van Canton de wanorde in China.
Hoofdstuk IIIDe Chineesche republiek. Het Nankingsche Kuo Min
Tang gouvernement.
Hoofdstuk IV De strijd tegen het bolsjevisme.
Hoofdstuk VHet nationalisme. Het opeischen van de souvereiniteit.
Hoofdstuk VIHet conflict met Japan.
Hoofdstuk VIIDe reactie van de vreemde mogendheden.
Hoofdstuk VIIIDe Fransche politiek.
De Augustus-aflevering beperkt zich tot de eerste drie hoofdstukken,
waarvan wij den inhoud in het kort willen weergeven.
Hoofdstuk I. Ten einde, aldus S., het Verre Oosten te kunnen begrijpen,
is het noodzakelijk steeds rekening te houden met de volgende twee elementen:
eenerzijds met de ontelbare bevolking van het Chineesche rijk, anderzijds
met de omstandigheid, dat China de oudste beschaving ter wereld bezit.
Het Chineesche grondgebied is grooter dan Europa en telt een bevolking
van 400 a 450 millioen zielen, zijnde een vijfde van de bevolking der aarde.
Mandsjoerije is even groot als Frankrijk en Italië te samen en telt 30 mil
lioen bewoners. S. memoreert de enorme catastrophen, waaraan de bevolking
steeds weerstand wist te bieden, (hongersnood, epidemieën en overstroo
mingen die van 1931 eischte, gezamelijk met de daarop volgende cholera-
epidemie, 10.000.000 slachtoffers.).
Japan telt 83 millioen zielen en neemt jaarlijks met 1 millioen toe. Neder-
landsch-Indië bezit een bevolking van 60 millioen, welke eveneens sterk
toeneemt. Totaal met de Philippijnen en Indo-China leeft een vierde deel van
de bevolking der wereld in de omgeving van de Chineesche Zee, een gegeven,
waaruit beter, dan op welke wijze ook o.i. het groote belang voor de geheele
menschheid van het Pacific-probleem spreekt.
S. behandelt in enkele trekken den invloed van de leer van Confucius op
het Chineesche volk en wijst er vervolgens op, hoe missionarissen en handels-
