1155 c. Dracht. Max. 750 M. Bij schieten over eigen troepen is een veiligheids marge van 250 M. noodig. d. Vuursnelheid. Deze bedraagt 10 schoten per minuut. e. Kwetsbaarheid. Door de eigenlijke bediening slechts uit één persoon te doen bestaan, is de kwetsbaarheid tot een minimum teruggebracht. f. Gewicht. Het wapen weegt 7 K.G., is zeer handzaam en gemakkelijk op een paard te vervoeren, zonder dat de ruiter er last van ondervindt. De lengte is ongeveer 70 cM. g. Bediening. Deze bestaat uit een schutter en een handlanger. De schutter vervoert op zijn paard 4 projectielen, de handlanger 8, benevens een doos detonatoren de paardenhouder vervoert nog 8 projectielen, evenals de vierde, bij het stuk ingedeelde man. Totaal bestaat een sectie uit 2 mortieren, 8 ruiters en 56 projectielen. H. Intendance enz. i Mil. Spectator September 1933. Aan- en afvoer door J. H. Jager. Eenige bepalingen van het nieuwe voorschrift Aan- en afvoer worden in beschouwing genomen, in de eerste plaat de organisatie van de autotreinen. Elke D. G. beschikt over een autobataljon a 4 compagnieën, waarvan 2 be laden met munitie. Deze munitie kan echter onder bepaalde omstandigheden worden afgeladen, teneinde de compagnieën voor ander vervoer te bestemmen. Het Veldleger beschikt over een autoregiment, bestaande uit staf, 1 bataljon voor materieelvervoer, 1 bataljon voor goederenvervoer en 1 sectie voor paar- denvervoer. Schrijver komt tot de conclusie, dat men tevreden kan zijn met de organiek bij de D. G. ingedeelde auto's, doch dat de sterkte van het Autoregiment als onvoldoende moet worden aangemerkt. Aan het personeel van de autoriteiten zullen hooge eischen worden gesteld, zoodat een inten sieve opleiding, niet alleen als chauffeur, maar ook als militair, noodig is. Beladingsbriefjes kunnen van nut zijn, vooral bij het lossen van levens middelen uit spoorwagens. In andere gevallen kunnen deze briefjes echter tot vertraging aanleiding geven. De proviandwagens (van de troepentreinen) rijden rechtstreeks van de aan vullingsplaatsen naar de als regel bataljonsgewijze vereenigde keukenwagens. Is de keukentrein van het bataljon niet vereenigd, dan zal een nieuwe be lading der proviandvoertuigen moeten plaats hebben, hetgeen niet in de nabijheid der aanvullingsplaatsen mag geschieden. Schrijver wijst er op, dat in bepaalde omstandigheden de verplegingsofficieren niet zullen weten, waar hunne bataljons zich na de aanvulling bevinden. In dat geval kan b.v. de levensmiddelentrein naar een bepaald punt worden gedirigeerd, en daar door personeel van de korpsen worden opgewacht. Idem. Leveringen ten behoeve van de gemobiliseerde weermacht door Ge neraal Majoor b.d. A. M. Vorstman. Bij mobilisatie mag niet meer dan bepaald onvermijdelijk aan het toeval worden overgelaten. De voorziening in de behoeften van de gemobiliseerde weermacht vereischt dan ook een grondige voorbereiding in vredestijd. De grootte van de voorraden in de militaire t magazijnen is gebonden aan grenzen, gesteld door houdbaarheid en financiën, zoodat bij mobilisatie al dadelijk belangrijke aanschaffingen noodig zullen zijn. Schrijver beveelt aan reeds in vredestijd afspraken te maken met leveranciers, zoodat deze weten wat geëischt kan worden. Prijzen zullen daarbij vrijblijvend moeten zijn. Waar het particuliere belang in het gedrang komt, zal de uit voering der levering dikwijls onder dwang moeten plaats hebben, waarvoor wettelijke bepalingen noodig zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 93