over aan den generaal Rondony, en reed toen door langs de lange artilleriecolonne op den weg beZ. ROSSIGNOL. Men stelle zich echter zijn verbazing voor, toen hij in 't zicht van BREU- VANNE komende bemerkte, dat er granaten op dat dorp en ook meer in de richting van ST. VINCENT vielen. Een art. officier deelde hem nog mede, dat van 8.30 af al projectielen om en bij de SEMOIS-brug waren ingeslagen, en dat het over trekken van die brug door de artillerie met groote moeilijkheden gepaard was gegaan Zou de vijand dus in de rechterflank van de divisie zijn Zonder verder naar BREUVANNE door te gaan, haastte de stafofficier zich terug om den Div. C. in te lichten. Generaal Raffenel besloot te 10.30 om ROSSIGNOL ter verdediging in te richten, en voorloopig te doen bezetten door III-2 R.I.C. (de artil leriedekking dus, zie blz. 120), en voorts den opmarsch zoo spoedig mogelijk voort te zetten. Weshalve hij aan een stafofficier opdroeg „om persoonlijk 3 R.I.C. op te sporen en naar ROSSIGNOL te brengen" We zullen straks zien waar 3 R.I.C. gebleven was, maar ik wil nu alleen nog een evenement verhalen, dat om zijn merkwaardig heid aan de vergetelheid dient te worden ontrukt. Het geldt hier eene ontmoeting, welke de uitgezonden stafofficier op zijnen weg naar BREUVANNE had „Une rencontre le rendit perplexe. Les capitaines Doucet et Reboul „de l'état-major du corps colonial, venaient a ROSSIGNOL, cherchant „le général commandant le corps d'armée. Le général n'était plus a „SAINT-VINCENT, oü il avait établi son P.C. ce matin." De kwestie zat zoo. De generaal Lefèvre was 's morgens 4.00 uit BAALON vertrokken om in ST. VINCENT zijn C.P. in te richten, terwijl behalve het „échelon lourd" nog verschillende officieren in BAALON achterbleven tot het afwerken van loopende zaken. Uit het korpsbevel (zie blz. 4) wisten allen echter, dat de generaal met het „échelon léger" naar ST. VINCENT zou gaan, waar hij ook inderdaad te 7.00 zijn C.P. vestigde. Ongeveer te 10.15 werd deze C.P. echter opgeheven en ging men verder N. waarts op het bevel„Allons déjeuner a NEUFCHATEAU", waarbij verzuimd werd om in ST. VINCENT een „voortduur" achter te laten. Op den weg tusschen dit dorp en BREUVANNE werd de staf toen overvallen met geweer- en geschutvuur, waartegen hij zich in het terrein naast den weg dekte om ten slotte te 11.45 de C.P. in ST. VINCENT weder te betrekken. Van 10.15 tot 11.45 is de staf dus inderdaad „onvindbaar" geweest. XI. De Duitsche opmarsch na 8.30. Ik zal thans eerst den strijd om ROSSIGNOL van Duitsche zijde bekijken. Op blz. 22 heb ik te ongeveer 8.00 de divisiën in de volgende positie verlaten de XII Div. met ontwikkeling van het 157 I. R. in het bosch tegenover de oprukkende Franschen de XI Div. in marschcolonne langs den weg THIBÉSART MELLIER MARBEHAN TINTIGNY, met de 122

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 13