3. OVER HET HOUDEN VAN OEFENINGEN BIJ DE ARTILLERIE. Voordracht gehouden voor de Officieren van het le Regiment Artillerie door den Kolonel der Artillerie J. DORMAAR. In het jaar 1924 verscheen het Algemeen Voorschrift voor het houden van Oefeningen, waarmede een nieuw systeem van oefenen bij ons leger werd ingevoerd. Sedert is reeds veel over dat voor schrift geschreven en het laatste en zeer uitvoerig en grondig door Majoor R. POSTHUMUS in het Orgaan der N. I. O. V. van Februari 1933, terwijl daarna op de jaarvergadering van de vereeniging het oefeningssysteem in het leger aan eene bespre king werd onderworpen, welke door Majoor Posthumus werd ingeleid. Het is wel merkwaardig, dat van de zijde van de artillerie niet, of nagenoeg niet aan de schriftelijke en mondelinge gedachten- wisseling is deelgenomen. Ja, ik durf wel verklaren, dat geen enkele artillerist de pen of het woord heeft gevoerd over de toepassing van het nieuwe oefeningssysteem bij de artillerie. Wat zou daarvan wel de reden kunnen zijn Is de invoering van het A. V. O. bij de artillerie in het geheel niet op moeilijk heden gestuit Voor mijn gevoel is het juist andersom. De moeilijkheden waren zoo groot, dat de artilleristen eerst geleidelijk de vormen vinden, waarin het A. V. O. ook bij de artillerie in toepassing kan worden gebracht. Het zij mij vergund mijn bewering met eenige feiten te staven. Van half 1926 tot half 1932, zes jaren, hebben bij mijn weten de negen opeenvolgende commandanten van het le Regiment Artillerie gehouden twee kaderoefeningen een gevechtsoefening met twee afdeelingen onder leiding van den Red. Zie Bepalingen en Afkortingen aan het slot. 143

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 34