van die oefeningen te combineeren, doch dat is niet altijd mogelijk. Eens in de werk wordt een oefening gehouden in den verbindings dienst onder leiding van den telefoonofficier der afdeeling' en den zelfden dag rukt de meetofficier met zijn meettroep uit. Dien dag ziet de B.C. nagenoeg geen personeel voor de geschutbediening Bij de paar denbatterij en rukt men uit voor de marschtraining der paarden. Bij de motorartillerie kan men bij de batterijen nagenoeg niets doen. Als er oefening wordt gehouden met de verkenners, dan kun nen de paardenbatterijen nog wel met kanonniers uitrukken, doch de motorbatterijen houden zoo weinig kanonniers over dat de batterij als zoodanig niet kan oefenen men moet dan volstaan met verbetering van de opleiding van de enkele nog overgebleven kanonniers. Men streeft bij de afdeelingen op lofwaardige wijze er naar om den dienst zoo goed mogelijk gaande te houden en dit leidt er toe, dat men bij verschillende gelegenheden uitrukt, hoewel er te weinig personeel beschikbaar is. Soms is daar geen bezwaar tegen zooals meestal bij parades, doch vaak gaat het uitrukken met te weinig personeel ten koste van de oefening. Men gaat bij de bergartillerie wel het terrein in met 3 man per stuk, die dan het werk van 8 man moeten doen. Bij de houwitsers kan men met zulk een geringe bediening niet van den weg af. Het is ver keerd om in dit opzicht te ver te gaan. Het geeft een verkeerd beeld van den werkelijken toestand en het gaat ten nadeele van de menschen en van de oefening en vaak ten nadeele van het materieel. Op de dagen waarop geen A.V.O.-oefening en geen vakoefe ning vanwege de afdeeling wordt gehouden, moeten de volgende oefeningen en werkzaamheden worden gedaan geschutbediening, richtoefening, soldatenschool, V.P.T.L.-oefening, kaartlezen, kara bijn- en pistoolschieten, seinen, pionieren, zelf koken, camouflee- ren, vervoeren van gewonden, werkzaamheden aan het materieel, overtrekken van rivieren, brandspuitexerceeren, gasdienst, groote schoonmaak houden in het kampement, sport, gesloten exercities, zwemmen, marschoefening, enz. Neen, er blijft bitter weinig over voor den B. C. om zijn eigen batterij als zoodanig te oefenen. Ach, laat ik het maar zeggen de B. C. heeft geen eigen batterij meer, althans bij de motorbatterijen niet en bij de paardenbat terijen voor wat de kanonniers betreft niet. Reeds spoedig nadat ik in 1928 bij de Afd. Hw. kwam en toen de sterkte nog niet zoo gering was als thans, liet ik het personeel der twee batterijen telkens een heele week bij één der batterijen oefenen en werd de andere batterij met den weekdienst belast. Bij de Afd.Bg. was zulk een maatregel nog niet noodig. Toen de Afd.Hw. een klasse van 50 miliciens voor eerste oefening kreeg, werd gedurende 5% maand al het beroepspersoneel bij één 148

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 39