oorlog zal dragen en voor zoover ons aandeel betreft, gelegen zal zijn in het beschermen van de belangrijkste strategische punten, welke behoudens de vlootbasis, zich in allereerste instantie buiten Java bevinden. Dit neemt niet weg, dat operaties, hetzij met landingstroepen, dan wel met vliegtuigen, beide in combinatie met maritieme mid delen tegen deze punten, alleszins mogelijk en waarschijnlijk wor den geacht, welke mogelijkheid toeneemt met de mindere mate, waarin een vloot in staat zal zijn tegen een dergelijke actie op te treden vanaf het moment, dat de Indische wateren z.m. reeds eerder worden bereikt en de landmacht minder geschikt is voor gebruik tegen een modern bewapenden tegenstander. Het is geenszins moeilijk een situatie te scheppen, gebaseerd op de huidige verhoudingen in den Pacific, geheel in overeenstem ming met de werkelijkheid dus, dat een actie tegen een onzer strategische punten, zij het met een beperkt doel, b.v. om dit punt onbruikbaar te maken, dan wel om het zelf te kunnen gebruiken, zal worden ingezet. Op zeer plausible overwegingen willen wij dit hier echter achterwege laten. De verdediging tegen ondernemingen van dezen aard zal nood wendig in hoofdzaak aan het leger moeten worden overgelaten, zij het in samenwerking met andere weermiddelen. Hierin ligt dan ook de uiterst belangrijke secundaire taak van het leger, die, van welke zijde men ook den Pacific-oorlog beschouwt en van welken aard ook het optreden der vloot mag zijn, onmisbaar moet worden geacht. S. is van oordeel, dat onze kustverdediging „outmanoeuvred" zal of kan worden door een luchtactie, om wel licht onvernietigd het veld te moeten ruimen. Het is ons niet duidelijk, op welke wijze dit zou kunnen worden bereikt, aan nemende dat onze kustverdediging voor haar taak berekend is, waartoe zij uiteraard beschikken moet over luchtverdedigings middelen. Wij gelooven deze meening afdoende te hebben weerlegd, indien wij wijzen op een zekere inconsequentie is S.'s betoog, waar hij Balikpapan en Tarakan n.b. o.i. met Soerabaja de meest belangrijke punten in onzen archipel, welke op eventueele belligerenten in den Pacific, of wij partij zijn of niet, als een mag neet zullen werken en waar dus de eerste stoot zal moeten worden opgevangen uitsluitend wenscht te voorzien van een krachtige passieve luchtverdediging van luchtdoelartillerie en mitrailleurs, waarbij verder slechts de mogelijkheid onder oogen wordt gezien, desgewenscht, zonder deze op die plaatsen in te deelen, lucht strijdkrachten te laten medewerken. Kunnen hier de passieve middelen dan niet worden weggemanoeuvreerd S. vertrouwt er ieder geval volkomen op. Indien dat wel wordt aangenomen, laat hij de verdediging van deze hoogst belangrijke punten prac- tisch a l'abandon en voldoet zijn luchtmacht niet aan de haar gestelde taak, tenzij deze nogmaals extra wordt uitgebreid. In 193

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 84