De eerste zin is juistechter ware hier, omdat het Londensch Vlootverdrag van 1930 een aanvulling vormt van het Washing- tontractaat en daarmede steeds in één adem moet worden genoemd, in verband met den tweeden zin uit bovenstaande aan haling, het volgende aan toe te voegen Een volgenden kwestie is het onbruikbaar maken van den haveningang te Soerabaja met behulp van zinkschepen. Reeds Hector C. Bywater zag een dergelijke mogelijkheid onder oogen ten aanzien van het Panamakanaal in zijn in 1925 uitgegeven boek „The Great Pacific War", waar nog in vollen vredestijd enkele Japansche koopvaardijschepen tot zinken werden gebracht, daardoor de vereeniging van de Amerikaansche Atlantische- en Pacificvloot verhinderende. Hij bepleit daar het nemen van bij zondere bewaking in tijden van spanning gedurende de doorvaart van het kanaal. Nu is de toestand ten aanzien van het Panama kanaal, waar slechts verkeer in een richting tegelijk mogelijk is, veel gevaarlijker dan te Soerabaja, waar bovendien de toegang tot de marinehaven verboden is. Een vernieling of onbruikbaar- making is niet zoo eenvoudig, als S. voorstelt. Wij verkregen op ons verzoek ten aanzien van dergelijke operaties van deskundige zijde de volgende gegevens. De Britsche actie tegen Zeebrugge op 23 April 1918, ten einde de haven te versperren en daarmede het uit- en inloopen van Duitsche onderzeebooten onmogelijk te maken, kan als mislukt worden beschouwd. Met grooten moed is de aanval uitgevoerd onder bescherming van kunstmatige nevels. Twee oudere kleine kruisers wisten tot in den mond van het kanaal door te dringen, doch zonken vóórdat zij hun doel, de sluizen, bereikt hadden. Deze bleven onbeschadigd. De in het vaarwater liggende kruisers sloten dit niet af. De onderzeebooten konden deze hindernis pas- seeren, zoodat geen enkelen dag de verbinding tusschen de haven van Zeebrugge en de werf Brugge onderbroken is geweest. 199 „bij uitzondering de noodzakelijkheid zal voordoen, om aan operatieve vloot- ^eenheden voor bepaalde oorlogsacties extra luchtstrijdkrachten toe te voegen." „In afwijking van het verdrag van Washington, waarbij slechts vliegtuig- schepen boven 10.000 ton ter sprake kwamen, zegt het Londensche vloot- „verdrag van 1930, dat onder vliegtuigschepen verstaan moet worden alle „schepen, die uitsluitend dienen voor het voeren van vliegtuigen. Echter mogen „vliegtuigschepen kleiner dan 10.000 ton geen geschut bezitten van een groo- „ter kaliber dan 15.5 cM. Zooals te Washington werd vastgesteld blijft het „max. geschutkaliber 20.3 cM., de max. waterverplaatsing 27.000 ton, de „totale tonnage (en hier gaat het om) „Vereenigde Staten en Engeland 135.000 ton, Japan 81.000 ton, Frankrijk en Italië 60.000 ton. Van een ongelimiteerde toevoeging van deze speciale schepen aan de oorlogsvloten kan derhalve nimmer sprake zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 90