303 Dr. Soong heeft een jongere broeder, die langzamerhand op den voorgrond begint te treden, benevens 3 zusters. Deze laatste zijn buitengewoon begaafd en oefenen een grooten invloed uit. De oudste zuster is Mevr. Koong, echt- genoote van Dr. Koong, doorgaans een der leden van de Regeering. De tweede zuster is Mevr. Chiang Kai-shek, echtgenoote van den huidigen President der Republiek. De derde zuster is Mevr. Sun Yat-sèn, weduwe van Dr. Sun Yat-sèn, den grondlegger van de Republiek. Haar zoon Sun-Fo heeft veel in vloed hij is, hetzij lid van de Regeering, hetzij het hoofd van een actieve beweging er tegen. Communisme. Het communisme, aldus spr., heeft in China zeer weinig overeenkomst met het westersche communisme. Het is zeer moeilijk ie bepalen, wanneer een recalcitrante generaal tot de communisten gaat behooren zoomede onderscheid te maken tusschen een niet-betaald soldaat en een bandiet en tusschen een groep bandieten en een communistische strijdmacht. Er zijn in China uitgestrekte gebieden, welke in handen van communisten zijn. Spr. onderscheidt de streek rond en ten westen van Hankow, zoomede het zuidelijk deel van Centraal China. Steeds moeten groote troepenafdeelingen worden afgezonderd ter bestrijding van het communistische gevaar. Commu nisme in de steden is van weinig beteekenis en bovendien een gevaarlijk beroep voor de personen in kwestie zelf. De lezing, welke voorts een uitgebreide hoeveelheid gegevens bezit be treffende de Eng. belangen in China, wordt zeer ter bestudeering aanbevolen. „1811, ter waarschuwing". De Indische Gids van Januari 1934 bevat onder bovenstaanden titel een ernstige waarschuwing tegen een te groote bezuini ging op de weermacht. De Heer G. Nypels schetst met bekwame hand het verloop van de Engelsche operatiën in 1811 tegen Java, welke uiteindelijk het verlies van al onze bezittingen ten gevolge hadden. Wij willen volstaan met het aanhalen van inleiding en slot van vorengenoemd artikel, dat wij, en zeer zeker voor zoover het gebeurde in 1811 onverhoopt nog „terra incognita^ mocht zijn, ernstig ter bestudeering aanbevelen op duidelijke wijze komt daarin tot uiting, tot welke debacles een aan afbraak grenzende bezuiniging en verwaarloozing van de weermacht, zelfs op korten termijn, kan leiden. Inleiding. Wanneer aan hen, die de verantwoording in de geschiedenis van het vaderland zullen dragen, wordt voorgehouden ivat verwaarloozing van „de weermacht tot gevolg kan hebbenwordt gaarne de herinnering aan "l672 opgeroepen. Terecht, maar toen heeft Oranje het ergste toch nog weten jje voorkomen, door groote inspanning werd het land uit bangen nood gered. „De geschiedenis biedt een ander voorbeeld aan, dat in het bijzonder van „beteekenis is waar aangedrongen wordt op een sterk blijven in Indië. Het 'gebeurde in 1811. De verovering van Java en de vermeestering van de koloniën in de Oost door de Engelschen. „Tot hetgeen maarschalk Daendels, die Gouverneur-Generaal was ten „tijde van Koning Lodewijk, verricht had, behoorde de uitbreiding van het leger en het laten leggen van versterkingen ter verdediging van Batavia "„en Soerabaja tegen een waarschijnlijk geachten aanval van de Engelschen. „Daendels had het vertrouwen niet van Napoleon. Deze zond Lt.Gen. J. W. „Janssens te zijner vervanging en gaf hem den Brigade Gen. Jumel mede, „om als commandant van het Ind. leger op te treden. In April 1811 aanvaaid- „den beide functionarissen hun taak in Indië. „Hier volge het verhaal van het doen en laten, waarbij zij zoo bezuinigden, „dat in korten tijd alles verloren ging. Volgt het relaas van de operatiën.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 69