1. EENIGE INDRUKKEN VAN DE ARDENNER-SLAG-
VELDEN DOOR BEELDJES TOEGELICHT,
door
G. Th. SLOTHOUBER.
I. Inleiding.
Na in 1922 te zijn begonnen met de bestudeering van den
grooten grensslag in de ARDENNEN aan de hand van de toen
maals in de „Revue Militaire Francaise" en in de „Schweizerische
Monatschrift" verschenen Grasset'sche studie „NEUFCHATEAU",
kreeg ik in den loop der volgende jaren de beschikking over
steeds meer en uitgebreider bronnen over dezen grooten, één
afgesloten geheel vormenden, strijd zoodat ik mij dan ook thans
een vrij scherp beeld van het verloop dier gevechten kan vormen.
Maar zonder eenigen twijfel zijn het de studies van
Grasset (NEUFCHATEAU, ETHE, VIRTON en nu weer ROS-
SIGNOL) geweest, die, welke onvolkomenheden er ook aan
mogen kleven, mij door hun levendige en levende voorstelling
van het gevechtsverloop tot verdere studie van den grensslag
hebben gestimuleerd en in 't bijzonder herinner ik mij een door
Grasset geschreven en met verscheidene foto's verluchte studie
over ETHEVIRTON, welke hij in een der groote Fransche ge-
illustreerde tijdschriften publiceerde, en die vooral door de daarbij
gegeven fotobeeldjes zoo sterk op mijne fantasie werkte. 2)
323
1) Achter in dit nummer.
2) Ik meen in L'ILLUSTRATION, doch heb het nummer later nooit meer
kunnen terugvinden, zelfs niet in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag.
De daarin gepubliceerde foto's waren niet zoo maar willekeurige plaatjes
van den een of anderen Chef, een dorpje of een natuurtafereeltje (zooals
b.v. het geval is in G. Hanotaux's Historie Illustrée de la Guerre de 1914),
doch gaven terreingedeelten weer, welke van bijzonder tactisch belang
waren geweest, en vulden dus den tekst aan.
N. B. Werd in een noot bij het eerste gedeelte van het artikel „Rossignol"
(I.M.T. 1934, No. 1) aangeteekend, dat de thans geplaatste bijdrage de laatste
militaire studie van den Kolonel Slothouber zou zijn, thans kunnen wij
mededeelen, dat ZHEG. op ons verzoek zijn medewerking aan ons tijdschrift
nog zal voortzetten. Gaarne betuigen wij op deze plaats onzen dank voor
deze zeer gewaardeerde toezegging. Red.