384 Art. 149. Verkoopen, verruilen, ten geschenke, in pand, gebruik of bewaring geven, of wegmaken van militaire kleeding of uitsrusting, gepleegd bij eene op voet van oorlog gebrachte krijgsmacht. No. 3. Wetboek van Strafrecht. Art. 114. Onachtzaamheid, waarvan te wijten is dat geheime stukken of voorwerpen, met het bewaren of opbergen waarvan de militair belast is, of hun vorm of samenstelling openbaar worden of in het bezit of ter kennis komen van onbevoegden. Art. 117. Opzettelijk naderen van verdedigingswerken, op slinksche wijze be treden van inrichtingen van de land- of zeemacht in het bezit zijn van photographische opnamen of teekeningen van verdedigingswerken of, in bepaalde terreingedeelten nabij een verdedigingswerk, in het bezit zijn van een photographietoestel. Art. 118. Onbevoegd, opzettelijk doen van opmetingen of maken van teekenin gen, afbeeldingen of beschrijvingen betreffende zaken van militair belang. Art. 163. bis. Mislukte uitlokking, betrekking hebbende op een der misdrijven, welke krijgstuchtelijk kunnen worden afgedaan. Art. 172. Opzettelijke rustverstoring door valsche alarmkreten of signalen. Art. 303. Opzettelijk als bedrijf het aanbieden of geven van gelegenheid tot hazardspel uitoefenen, opzettelijk aanbieden of geven van gelegenheid tot hazardspel of deelnemen in eene onderneming daartoe of als bedrijf het deelnemen aan hazardspel uitoefenen. Art. 335. onder No. 1. Door geweld, eenige feitelijkheid of onaangename bejegening of door bedreiging daarmede een ander wederrechtelijk dwingen iets te doen, niet te doen of te dulden. Art. 352. Lichte mishandeling. Art. 407. eerste lid. Lichte vernieling, beschadiging, onbruikbaarmaking of wegmaking van goederen. Art. 409. Door onachtzaamheid vernielen, beschadigen of onbruikbaar maken van ten algemeenen nutte gebezigde spoorweg-, telegraaf- of andere werken, electriciteits-, gas- of waterleidingen of riolen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 72