B. Op het oog meest voor de liand liggende frontlijnen
1. Vóór het défilé.
2. In het défiléa. de lijn G. Djati G. Koeda of
b. de lijn Heuleut 2 G. Djadjar, (c.q. 500
m. meer W.).
3. Achter het défilé, met de bedoeling offensief op te treden
tegen een uit het défilé deboucheerenden vijand.
C. „Voor en tegender sub B genoemde lijnen
ad 1een dergelijk front is te uitgestrekt voor het batj. met zijn
6 mitr., 36 km's en 4 vuurmonden en levert groot gevaar
voor omvattingleidt indien naar aanleuning gestreefd
wordt (b.v. de lijn G. Rokong O. rand Tjikalahang 1)
tot liniaire opstelling of bij aanhouden eener sterke reserve
tot een te ijl vuurfrontde taak is bovendien niet „open
houden", naar „doorgang beletten".
ad 3 gezien de geringe beschikbare sterkte en aanvalskracht,
het uitgebreide front en het voor een tegenaanval moeilijke
terrein, wordt in beginsel hiervan afgezien.
ad 2 a en b
frontlijn a
frontlijn b
Z. helftmoeilijke steun
door mitr.; dek.m.'s echter
voldoende met art. steun.
N. helft: voldoende schoots
veld gunstige flankeering
door mitr., welke echter na
genoeg in eerste lijn.
Goed goede wn uit voor
ste lijn (Z. helft), van G.
Poia (te verbeteren) en G.
Koeda. Moeilijk alle blind te
schieten.
door avu mogelijk (c. q. de
bt aanvankelijk vooruit
schuiven 500 m Z. van Tji
kalahang 2, vroegtijdig terug,
gedekte stellingverandering
mogelijk), goede wn door
Z. helftongunstig, tenzij
gr. opruiming.
N. helftzeer gunstig.
Z. helfi moeilijk, zoo niet
onmogelijk.
N. helftmogelijkwn
beperkt en gemakkelijk blind
te schieten.
door avu mogelijk zoolang
voorgelegen wn punten nog
in eigen bezit, na teruggaan
achter frontlijn moeilijk,
door mitr. moeilijk.
403
N. B. Het bedekte terrein voor de Z. helft
wordt voor goede aanvalstroepen, ondanks
geringen art. steun, doorschrijdbaar geacht,
zoodat de frontlijn tot G. Sepat moet door-
loopen.