2 van alle oefeningen met het volgende rekening worden ge houden: a. de meerdaagsche oefeningen, behoudens die, welke ver band houden met het z.g. bewakingsschema, zullen zoo veel mogelijk worden gehouden in terreinen, welke door voetmarschen uit het garnizoen zijn te bereiken; zoo eenigszins mogelijk dienen de marschen in de oefening te worden opgenomen; b. het terrein van oefening zal in beginsel zoodanig worden gekozen, dat het logies in hotels of pasanggrahans tot een minimum wordt beperkt; c. het gebruik van automobielen van de automobielcompag nie mag niet boven het bepaald noodzakelijke uitgaan; ge- zaghebbenden, die onder de autoregeling vallen zullen ook bij oefeningen buiten het garnizoen van de eigen auto moeten gebruik maken; d. het bij oefeningen doen gebruik maken van particuliere rij wielen, waarvoor een vergoeding moet worden uitgekeerd, dient te worden voorkomen of althans tot de noodzakelijke gevallen te worden beperkt. (5) Met betrekking tot het inhuren van treinpaarden is ook zuinigheid geboden. Door het handig treffen van maat regelen kan daarop in vele gevallen worden bespaard. Dik wijls zal ter besparing in dit opzicht met voordeel voor het transport van goederen en ook van treinvoertuigen, indien deze tijdens de oefeningen bepaald noodig zijn, van spoor of tram gebruik kunnen worden gemaakt. (6) Het streven mag echter niet bestaan om zooveel mo gelijk spoorwegvervoer, waarvan de kosten niet uit de gelden voor practische oefeningen worden gekweten, te gebruiken om met vorenbedoelde gelden, waaruit anders de inhuur van trein paarden zou moeten worden bekostigd, ruimer te kunnen om springen, daar alsdan het doel (bezuiniging) zou worden ge mist, doch in totaal juist grootere uitgaven zouden worden gedaan. Strikt genomen zou het bedrag, dat men door spoor wegvervoer uitspaart op de kosten van den inhuur van trein paarden, van de gelden voor practische oefeningen restant moeten blijven. Dit zal niet altijd kunnen worden bereikt,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 136