De Valschermafdeeling. In 1926 werd bij de luchtvaartafdeeling een proefvalscherm- afdeeling opgericht onder leiding van den Luit. van Lent. Zij had tot taak een bruikbaar type valscherm uit te zoeken ter vergrooting der veiligheid van het luchtvarend personeel. Aangezien over het gebruik van valschermen in de tropen nagenoeg niets bekend was, was deze taak niet eenvoudig. Begonnen werd met 8 Irvin valschermen, t.w. 4 voor bestuurders en 4 voor waarnemers, allen met een diameter van 24 voet. Aangezien de proeven met deze valschermen gunstig uitvielen, werden in 1928 bij de Irvin fabriek nog 50 valschermen besteld. Alle vliegeniers en waarnemers werden van een valscherm voor zien, dat zij verplicht waren bij iedere vlucht mede te voeren. Om het vertrouwen in de valschermen te vergrooten, werden er te Kali Djati in 1931 van een hoogte van 1000 m. met een oefen valscherm, bestaande uit een valscherm van 28 voet plus één van 22 voet, sprongen uitgevoerd op 29 Dec. 1931 door den adj.-o.o. Oonincx, op 10 Jan. 1931 door den luit. de Riemer en den onderluit. Vermeulen, op 21 Jan. 1931 door den kapt. Küpfer en den luit. van Deursen, op 28 Jan. 1931 door den kapt. Kengen, de luits. Zomer en Terluin, op 11 Febr. 1931 door den luits. Fiedeldij en Pols. In Aug. 1932 was de proefvalschermafdeeling het tijdperk van proefnemingen te boven gekomen en werd als Valschermafdeeling een hulpdienst van de luchtvaartafdeeling. Den 13den Maart 1934 maakte de 2e luit. der inf., leerling vliegenier van Velthoven een noodsprong uit een Avro-lesvlieg- tuig. Hij sprong van betrekkelijk geringe hoogte, kwam terecht in een ravijn en bekwam geen letsel, terwijl het verlaten toestel even verder te pletter sloeg. Hierdoor werd nogmaals, wellicht ten overvloede, de noodzaak van het medevoeren van een valscherm voor eiken militairen vlieger of waarnemer, en de bestaansreden van de valscherm afdeeling aangetoond. De Radiodienst. In de 2e helft van 1922 begon de radiodienst met een personeel van 2 man, n.l. de onderluit. Leenhouwers en de korp. Lincke, met het tot stand brengen van de verbinding tusschen Kali Djati en Soekamiskin met twee YC4 radio-installaties. In Dec. 1922 werd dit personeel met nog 6 man uitgebreid, hetwelk noodig was in verband met de aanschaffing van meer materieel, n.l. 451

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 21