4. BLIND VLIEGEN door C. J. J. M. WALTMANN, Kapitein-vliegenier. Was ten tijde van de oprichting van de militaire luchtvaart in Ned.-Indië het vliegen op zich zelf nog een vraagstuk (wij denken slechts aan de mogelijkheid alleen bij windstil weer te vliegen en aan de veronderstelde luchtgaten), thans stelt de techniek ons in staat onder alle weersomstandigheden te vliegen. De verbete ring van de vliegtuigen en motoren maakte dit in de eerste plaats mogelijk daarnaast werden verschillende hulpmiddelen ontwik keld, waarmede het vraagstuk van vliegen onder omstandigheden van weinig of geen zicht werd opgelost. Bij het vliegen wordt de bestuurder door vergelijking van den stand van zijn vliegtuig met den horizon in staat gesteld, het vlieg tuig in evenwicht te brengen. Indien de horizon niet zichtbaar is, kan de bestuurder, indien hij de aarde of den hemel waar neemt, door zijn vlieggevoel geholpen, eveneens zijn vliegtuig in een juisten vliegstand houden. Wordt hem alle uitzicht ontnomen, hetgeen het geval is, indien hij zich in de wolken of in een dichten nevel (mist) bevindt, dan laat zijn vlieggevoel hem in den steek en moet hij op andere wijze het vliegtuig in evenwicht houden. Verschillende instrumenten zijn voor dit doel ontwor pen. De meest bekende zijn: de controleur de Vol, de Turn- and bankindicator en de combinatie kunstmatige horizon en directional gyro, welke alle op gyroscopische werking berusten. De beide eerstgenoemde instrumenten stellen den bestuurder in staat zonder eenig zicht acrobatie uit te voeren de combinatie van de beide andere genoemde instrumenten is bij uitstek ge schikt voor het uitvoeren van afstandsvluchten, omdat het aflezen van de aanwijzing minder vermoeiend is. In beginsel worden de piloten in het gebruik van beide systemen geoefend, hetgeen plaats kan hebben in een vliegtuig, voorzien van dubbele bestu ring en waarvan de pilotenzitplaats afgeschermd kan worden (z.g. blindvliegtuig) Een tweede moeilijkheid bij het vliegen zonder zicht is de navigatie. Omdat bij het blindvliegen de gewone wijze van navi gatie niet toe te passen is, n.l. de oriëntatie op den grond of astronomische plaatsbepaling, is het noodzakelijk den piloot door 465

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 39