2. Bevelen voor de bescherming van een luchtactie. De be
slissing öf en op welke wijze aan uit te zenden vliegtuigen be
scherming zal worden verleend berust naar mijne meening bij
den C. L.. Deze toch moet worden geacht het best in staat te
zijn de noodzakelijkheid daarvan in verband met den luchttoe-
stand te beoordeelen. Betreffende dien luchttoestand komen bij
hem voortdurend aanvullende gegevens binnen o.m. van de van
een luchtactie terugkeerende eigen vliegtuigen, waarmede bij het
instellen van den beschermingsdienst moet worden rekening ge
houden.
Bij de oefening op den 9en Maart wordt in het bevel van den
divisie-commandant voor de luchtstrijdkrachten over de bescher
ming dan ook niet gesproken. Toch zijn in dit opzicht door den
C. L. maatregelen genomen b.v. bij de verkenning richting Tji-
kampek. Deze verkenning toch is uitgevoerd door een patrouille
van 3 C. V. vliegtuigen, welke haar bescherming vond in het
vliegen in verband. Voorts is voor het bemoeilijken van de ver
kenning van het vliegveld Andir door vijandelijke vliegtuigen
door den C. L. een jager uitgezonden, welke opdracht had IV2
uur boven Andir te kruisen.
Aan den anderen kant werd door den C. L. bescherming van
het verbindingstoestel boven de Tjisomang niet noodig geacht in
de eerste plaats omdat het optreden van vijandelijke jagers in
deze zone niet waarschijnlijk werd geacht en voorts omdat dit
toestel aan zijn opdracht kon voldoen door het vliegen op zoo
danige hoogte, dat een zekere graad van bescherming kon worden
verkregen van in dit terrein veronderstelde eigen afweer-mitrail-
leurs.
Bij den bomaanval op de bruggen over de Tjikao in den namid
dag van den 9en deed zich het uitzonderingsgeval voor waarbij
de Divisie-commandant naar mijne meening wel orders geeft ten
aanzien van de bescherming in verband met het belangrijke
resultaat dat hij van deze luchtactie verwacht, en het feit dat het
was te voorzien dat hij voor dien dag niets meer van zijn lucht
strijdkrachten behoefde te eischen.
3. Indien het is te voorzien dat gedurende eenigen tijd zich
geen opdrachten voor de luchtstrijdkrachten zullen voordoen, is
het van belang zulks den C. L. te doen weten. Die tijd kan door
den C. L. worden benut voor het treffen van voorzieningen aan het
materieel a.a. waarbij hij uiteraard rekening zal moeten houden
met de mogelijkheid dat onvoorziene omstandigheden onmiddellijk
optreden van een gedeelte van de luchtstrijdkrachten noodig kun
nen maken.
Ook het afdanken van de luchtstrijdkrachten tegen het einde
van den gevechtsdag d.w.z. het mededeelen dat geen opdrachten
meer te verwachten zijn, ware zoo vroegtijdig mogelijk te geven,
474