4e. In de lente van 1932 opereerden de grondtroepen tegen den Koerdenhoofdman Sheik Ahmed, een godsdienstig leider die het Barzan-district door terrorisme beheerschte. De streek bestaat uit een zwaar geaccidenteerd hooggebergte, waarvan de beneden- hellingen dicht begroeid zijn met dwergeiken, welke een uitsteken de dekking bieden tegen lucht- en grondwaarneming. Van de R.A.F. was 1 flight (4 vliegtuigen) ingedeeld voor de verkenning, alsmede van de Iraksche luchtmacht 1 flight. Op 3 April deden de Koerden in een défilé een geslaagden aanval op den trein van de vorengenoemde grondtroepen, en stichtten verwarring in de hoofdmacht. In deze kritieke situatie traden de vliegtuigen met succes op. Laag vliegende hielden zij de verzetslieden met mitrailleurvuur en bommen bezig tot het vallen van den avond, toen zij teruggedreven werden. De meeste vliegtuigen werden door geweervuur van den grond beschadigd. Het moreel der colonne was weg. In het gebrek aan voedsel, ammunitie en warme kleeding werd door de vliegtuigen voorzien, terwijl de terugtocht tot een goed einde werd gebracht, dank zij een dekkend scherm van vliegtuigen- Zoo werd een oprukkende groote afdeeling rebellen vanuit de lucht waargenomen, en on middellijk aangegrepen met 20 lbs bommen en mitrailleurvuur. De rebellen werden uit hun dekkingen verdreven, en leden zware verliezen bij het overschrijden van open terreinen. 5e. Kort nadat Engeland het mandaat voor Irak had aanvaard in 1920, braken onlusten uit aan den beneden-Euphraat. Enkele vliegtuigen konden waarnemen hoe een troep opstandelingen de spoorlijn vernielde tusschen Quisal Robart en Baqubah, kort voor dat een trein met 300 vluchtelingen aldaar zou passeeren. De opstandelingen werden met mitrailleurvuur verdreven, en een dei- vliegers trachtte den machinist te waarschuwen. Toen dit niet lukte, dook hij neer en vuurde op den machinist. Deze laatste bleef gelukkig ongedeerd, doch liet den trein stoppen. 6e. Een ander sprekend voorbeeld vinden we in Kordofan, de streek ten Westen van den Witten Nijl. Daar had in December 1929 een bende Nubakrijgers zich verschanst in een sterke bergpositie, en tartte de pogingen tot onderwerping. Teneinde de verliezen van een aanval te ontgaan, werd om vlieg tuigen gevraagd. Na een bombardement door 5 vliegtuigen gaven de Nubas zich over, en werd de versterking bezet onder dekking der luchtstrijdkrachten. 7e. In 1919 kwam in de Soedan de Garjakstam in verzet. Aan de ingezette actie namen slechts drie vliegtuigen deel, doch het resul taat was zoo, dat de gouverneur van Soedan in zijn rapport ver klaarde dat de door de vliegtuigen gemaakte indruk was „immedi ate and decisive". De Garj aks openden haastig onderhandelingen voor hunne onder werping. 505

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 83