Moge het geheuvde te Shanghai voor ons een les zijn de
luchtverdediging krachtig aan te pakken.
Ook bij de in de laatste jaren gehouden Amerikaansehe vloot-
en lucht-manoeuvres staat het offensief gebruik van de vloot-
luchtstrijdkrachten op den voorgrond.
Zoo werden bij de in 1932 door de Ver. St. van Amerika gehou
den gecombineerde vloot- en luchtmanoeuvres tegen Hawai door
de 2 Amerikaansehe vliegtuigmoederschepen, de Lexington en de
Saratoga, 172 vliegtuigen de lucht in gezonden om de vijandelijke
vliegtuigbasis te vernietigen, welke luchtaanvallen den volgenden
dag herhaald werden.
Ook bij de in 1929 bij het Panamakanaal gehouden Amerikaan
sehe manoeuvres hadden massale aanvallen door de luchtstrijd
krachten van de vloot plaats, welke in dit geval tegen de kanaal
sluizen gericht waren.
In het tevoren genoemde geval sub 3, dat de vijand de ver
meestering van de basis nastreeft en na een gelukte landing over
een basis voor landvliegtuigen op den Javawal (c.q. aanvankelijk
op Madoera) beschikt, is de toestand voor ons nog veel ongunstiger,
aangezien de vijand thans, c.q. boven zijn watervliegtuigen, over
vele legervliegtuigen kan beschikken, waarvan de performance
belangrijk beter is.
Hoewel, zooals reeds eerder werd opgemerkt, bij deze doel
stelling, vernieling van onze vlootbasis niet gevreesd behoeft te
worden, blijven aanvallen op aldaar aanwezige oorlogsschepen, op
de kustwerken en op de vliegkampen (velden) waarschijnlijk,
welke aanvallen zonder behoorlijke luchtverdediging onzerzijds
groote, wellicht vernietigende uitwerking zullen hebben.
Te verwachten is, dat 's vijands actie, ook in de lucht, zich
hoofdzakelijk zal richten tegen het Veldleger. De organisatie
van de luchtverdediging zal daarmede rekening moeten houden
wij komen hierop nader terug.
Uit het vorenstaande moge de conclusie worden getrokken, dat
bij een bedreiging van onze vlootbasis de vijandelijke luchtactie
een belangrijke, zoo niet de belangrijkste plaats, zal innemen.
Soerabaia, 7 Januari 1934.
(Word vervolgd).
560