Ongelukkigerwijze raakt 'de menschelijke geest spoedig vertrouwd met ziekte en dood. In 1915 werden een paar honderd Britsche en Fransche sol daten door gas gedood. Gas was iets nieuws en vervulde de wereld met afgrijzen en ontzetting. In den winter 1918 - '19 echter stier ven 10 millioen menschen aan influenza, meer dan de geheele sterfte in den wereldoorlog en toch, zooals Generaal Fuller op merkte, „the world scarceley twitched an eyelid, though a few people went so far as to sniff eucalyptus". Vroegere regeeringen hebben prijzenswaardige bezwaren gehad tegen het toepassen van krachtiger oorlogsmiddelen, wanneer deze op het eerste gezicht den schijn wekten van wreedheid. Moge lijk waren hier niet zoo zeer humane overwegingen in het spel dan wel vrees voor de publieke opinie. In 1854 stelde een Engel- sche philantroop James Cowen aan de regeering voor, een bewe gelijke batterij te bouwen uitgerust met zeisen, om de vijandelijke infanterie neer te „maaien", met andere woorden de tank. In het zelfde jaar opperde Admiraal Lord Dundonald het gebruik van gas om het garnizoen van Sebastopol te verstikken. Geen der plannen kwam in aanmerking, omdat ze in strijd waren met de traditie en te wreed werden geoordeeld om te worden toe gepast. Maar dezelfde regeering liet toe, dat tienduizenden van haar eigen onderdanen ellendig ten onder gingen aan ziekten tengevolge van verwaarloozing. Dood door vlektyphus, dysenterie en slecht behandelde verwondingen deden de traditie geen ge weld aan zooals vergassen en wegmaaien. Zoo wilde de traditie het in den Krim-oorlog, maar ten koste van welk een verliezen en welk een lijden De publieke opinie speelt in den oorlog een groote rol. Zij is het die de regeering beïnvloedt en elke druk van de publieke opinie op de regeering wordt prompt overgebracht op de bevelhebbers van leger en vloot, terwijl deze te midden van hun krijgsver richtingen staan, die hun volle aandacht eischen. Een bevelvoer der kan zijn taak niet naar behooren vervullen, wanneer hij wordt lastig gevallen met verzoeken om inlichtingen, overstelpt met correspondentie en gehinderd door bezoeken van inspecteerende commissies, waarvan vele met onbeperkte bevoegdheid door de regeering zijn uitgezonden en dus zijn onmiddellijke aandacht eischen. Bevelvoerders en het publiek hebben het recht, te eischen, dat ziekten worden voorkomen. Dit houdt echter in, dat niet slechts aandacht moet worden besteed aan gezondheidszorg in het algemeen, doch ook, dat bijzondere studie moet worden ge maakt van de ziekten, waarmede men waarschijnlijk te kampen krijgt op ieder gevechtsterrein afzonderlijk. Met andere woorden, ieder krijgsplan moet ten deele gewijd zijn aan de ziekten, die bij de uitvoering er van een rol kunnen spelen. De onvoorbe- bereide doortrekking van een koortsstreek kan een leger meer 588

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 44