Onderofficieren, (behalve voor Onderluitenants)
a. Berisping als nieuwe straf.
b. Licht arrest ten hoogste 21 dagen, ter vervanging van kwar
tierarrest één maand.
c. Verzwaard arrest ten hoogste 14 dagen, ter vervanging van
kamerarrest ten hoogste 3 weken.
d. Streng arrest ten hoogste 14 dagen, ter vervanging van alle
vroegere celstraffen.
e. Terugstelling in de plaats van de vroegere degradatie.
(Provoost is feitelijk omgezet in streng arrest. Cachot of gat is
vervallen. In tegenstelling met de vroegere degradatie, thans
terugstelling eventueel van rang op rang. Politiekamer is voor
onderofficieren vervallen)
Onder onderofficieren worden ook begrepen brigadiers en
Korporaals.
Mindere militairen
(Hieronder te verstaan, zij die geen rang bekleeden)
a. Berisping als nieuwe straf.
b. Licht arrest ten hoogste 21 dagen, ter vervanging van Kwartier
arrest hoogstens één maand.
c. Verzwaard arrest ten hoogste 14 dagen, ter vervanging van
politiekamer hoogstens 3 weken.
d. Streng arrest ten hoogste 14 dagen, komt overeen met de
vroegere provooststraf.
e. Terugstelling naar een lagere klasse, als nieuwe straf.
f. Plaatsing in de tweede klasse van militaire discipline is on
veranderd gebleven.
(Alzoo vervallen strafexerceeren werktoeren enz., en cachot
of gat).
De militair, die streng arrest ondergaat, is uitgesloten van het
verrichten van dienst buiten de localiteit, waarin hij de straf
ondergaat. (Dit geldt dus zoowel voor de officieren en onderoffi
cieren als voor mindere militairen).
B. Straffen bij een leger te velde.
Voor de officieren slechts berisping en arrest.
Voor de onderluitenants berisping arrest en terugstelling.
Voor de overige onderofficieren alle straffen behalve verzwaard
arrest.
Voor de mindere militairen als voren.
Behalve de hiervoren genoemde „hoofdstraffen" bestaan er nog
verschillende bijkomende straffen.
In het gewone strafstelsel kunnen aan militairen beneden den
rang van onderluitenant, de navolgende bijkomende straffen
worden opgelegd
599