hetgeen de candidaat moet beletten door krachtig te knij
pen
d) achtereenvolgens de linker en rechter gebalde vuist met de
knokkels boven, naar omhoog en omlaag bewegen, daarna
roteeren in het polsgewricht.
Gedurende deze bewegingen wordt o.m. gelet op de aanwezig
heid van litteekens aan pols of vingers, stijve gewrichten, afplatting
van duim- of pinkmuis, hetgeen o.a. op lepra kan wijzen.
Hierna wordt van de candidaten de gezichtsscherpte onderzocht
door hen op 5 meter afstand afzonderlijk met rechter en linker
oog lettertypen van verschillende grootten te laten lezen. Dit
onderzoek geschiedt door den officier belast met de werving te
zamen met den ziekenverpleger.
De eerste wijst op het bord de verschillende letters aan, de
laatste houdt achtereenvolgens elk oog van den candidaat dicht
met zijn handpalm. Houdt men niet de handpalm doch de aaneen
gesloten vingers voor het oog, dan kunnen de candidaten er soms
nog tusschen door zien. Ook bestaat dan de mogelijkheid, dat een
ziekenverpleger, die den aspirant wil helpen, zijn vingers iets
uiteen houdt.
Van de candidaten wordt geëischt, dat zij met beide oogen
zonder bril de kleinste lettertypen kunnen lezen, d.w.z. een ge-
zichtsscherpe 10/10 hebben. Degenen, die daaraan niet voldoen,
vallen af. Doordat niet verder gepoogd wordt de bij hen gevonden
verminderde gezichtsscherpe met glazen te corrigeeren, kan dit
deel van het onderzoek ook zeer goed aan den officier belast met
•de werving worden overgelaten, terwijl ondertusschen de officier
van gezondheid de aspiranten, die de letterproeven doorstaan
'hebben, weer verder onder handen neemt.
De officier van gezondheid neemt dan plaats op een hooge
kruk, de candidaten staan en queu voor hem. Achtereenvolgens
wordt dan van eiken candidaat van boven naar beneden gelet op
de wenkbrauwen (haaruitval bij lepra) de oogleden (oogbind-
vliesontsteking, trachoom) de oogbewegingen en pupilreacties
oorlellen (verdikt bij lepra)De mond-keelholte werd reeds eerder
nagezien, alleen laat men nog de candidaat de tong uitsteken.
Dan naar beneden gaand, volgt het onderzoek op liesbreuken en
het onderzoek der geslachtsorganen op litteekens, venerische
ziekten, misvormingen, enz.
Daarna laat men den patiënt zich omkeeren, nog even wordt
een blik geworpen op rug en beenen (lepravlekken op billen,
spataderen) en de patiënt gaat naar de zijtafel waar de benoodigd-
heden voor urineonderzoek, alsmede een tiental genummerde
glazen gereed staan, bij elk waarvan een kartonnen volgnummer.
Hij urineert in het glas, zet het weer neer en neemt het volg
nummer bij zich. Dan onderzoekt de ziekenverpleger de urines,
onder direct toezicht van den officier van gezondheid, op eiwit
721
