814
7, EENIGE NIEUW VERSCHENEN BUITENLANDSCHE
VOORSCHRIFTEN.
Instruction sur l'organisation du terrain. 3e Partie. 1934.
In dit belangrijke deel worden achtereenvolgens behandeld
a. zware kunstmatige hindernissen,
b. afwachtingsdekkingen,
c. het ter verdediging inrichten van dorpen en bosschen,
d. het werkplan en de overige voorbereiding bij het inrichten van stol
lingen.
ad aHierbij worden allereerst uitgebreid besproken de voor de Fr.
defensie den laatsten tijd meer en meer van belang wordende onderwater
zettingen, waarbij een uitgewerkt voorbeeld de voorafgaande theorie zeer
verduidelijkt. Daarna worden besproken de vechtwagenhindernissen. Op
vallend zijn hierbij de op onze normale prikkeldraadhindernis gelijkende
„réseaux de fil de fer anti-chars", bestaande uit zware palen (bij voorkeur
van gew. beton) en 0.5 en 1 cm. dik glad ijzerdraad, de uit rails of hoekijzer
samengestelde, te verankeren Friesche ruiters en de mijnenvelden. Voor
deze laatste wordt opstelling van 7.5 cm. granaten in kleine overdekte
kuilen aangegeven, waarbij de mijnen met onderlinge afstanden van 0.85
m. in één rij of van 1.10 m. in twee rijen (de rijen met 2 m. tusschenruimte)
worden aangebracht, waardoor per km. front onderscheidenlijk 1200 en
1800 granaten (m.a.w. 20 en 30 ton materialen) noodig zijn. Een ploeg van
4 man, beschikkende over een grondboor, kan in één uur tien van zulke
mijnen plaatsen. M.h.o. op maskeering dienen vooral de natuurlijke lijnen
in het terrein te worden gevolgd en moeten de mijnen bij voorkeur worden
aangebracht in gedeelten met eenige lage begroeiing. Het aanbrengen zal in
de eerste plaats worden begonnen op die terreingedeelten, welke een vecht-
wagenaanval begunstigen. In verband met den benoodigden werktijd en
maskeering dient echter zooveel mogelijk van natuurlijke vechtwagen
hindernissen gebruik te worden gemaakt; voor afsluiting van wegen worden
o.m. valkuilen, barricaden en Friesche ruiters, voor defilé's o.m. vorenver-
melde draadhindernissen en voor aan waarneming blootgestelde terrein-
strooken mijnenvelden aanbevolen.
ad b. Hier worden de indringing van verschillende projectielen in
diverse grondsoorten en bouwmaterialen, zoomede de daaruit voortvloei
ende benoodigde dekkingsdikten aangegeven, waarbij voor gew. beton geldt
kaliber
dikte
bovendek
king
dikte
vloer
dikte der opstaande wanden
aan vuur bloot
gesteld; met grond-
dekking
niet aan vuur bloot
gesteld zonder gr.
dekking
7.7 cm
0.65 m
0.40 m
1.00 m
0.40 m
10.5
0.90
0.50
1.25
0.50
15.5
1.50
0.80
1.75
0.80
22.
1.90
1.60
2.10
1.
Bij de vermelde dikten van bovendekking en opstaande wanden zijn deze
bestand tegen twee voltreffers op dezelfde plaatsbij vermindering dier
dikten met zijn de dekkingen nog bestand tegen een enkelen voltreffer.
De vloerdikte is berekend op het ongunstigste geval, n.l. het springen van
het projectiel onder den vloer. Voor- en zijwanden worden bij voorkeur