822
Kleinere verbanden hebben namelijk onvoldoende defensieve gevechtskracht
om zonder nadere ondersteuning jageraanvallen te kunnen weerstaan.
Militar Wochenblatt No. 37, Beobachten aus dem Flugzeug.
Om een verkenningsopdracht ongestoord te kunnen uitvoeren zullen de
verkenningsvliegtuigen beschermd moeten worden, aangezien het bij het
vervullen van hun taak niet mogelijk is tevens het luchtruim af te zoeken
tegen dreigend jagergevaar. De waarnemer is wegens het zicht gebonden
aan bepaalde hoogten. Op 3500 m. hoogte kan men tot op 200 km. zien. Ge
bergten vormen bij het groote stijgvermogen van de vliegtuigen geen
noemenswaardige hindernis meer, zoodat men zonder bezwaar ook de „andere
Seite des Berges" kan waarnemen.
Rook, nevel enz. zijn de verklaarde vijanden van den luchtwaarnemer,
echter niet in die mate als voor den grondwaarnemer, omdat de nevellaag
meestal slechts hoogstens een dikte heeft van 100 m.
Het zicht bij duisternis is met het oog op de in oorlogstijd uit te voeren
nachtmarschen van bijzondere beteekenis. Schr. geeft om de gedachten te
bepalen enkele gegevens, welke wij hierbij overnemen. Bij heldere maan
nachten kunnen troepenbewegingen op breede, lichte wegen van 1000 m.
hoogte gemakkelijk worden waargenomen, op straten met een donker dek
slechts van 500 m. hoogte. Bij kwartierstand van de maan kan men slechts
van 500 m. hoogte de onduidelijke omlijning van voorwerpen op lichte
straten onderscheiden. Bij nieuwe maan moet men tot 100 m. dalen om
dezelfde resultaten te bereiken. Deze gegevens gelden voor „sternklare"
nachten.
Een kunstmatige verlichting kan worden verkregen door de valscherm-
lichten. Deze bestaan uit een magnesiumlicht, dat gedurende 7 minuten
brandt en een lichtsterkte van V2 millioen kaars ontwikkelt. Op deze wijze
kan een terreinoppervlakte met een straal van 800 m. hel verlicht worden.
Diversen.
Allgemeine Schweizerische Militarzeitung, Maart 1934. Militdrische
Erfahrungen vom Wiener Aufstand.
Door den strijd, welke het regime Dollfuss gedwongen was tegen de
Nationaal Socialisten te voeren, was de waakzaamheid tegenover de Socia
listen eenigszins verslapt. Wel wist men dat hun militaire formatie, de
„Schutzbund" ondanks de gedwongen ontbinding nog in het geheim bestond
en over wapens beschikte, dat deze wapens echter in zulk een groot aantal
aanwezig waren als bij het uitbreken van den opstand bleek, was niet
voorzien.
Deze „Schutzbund" was een organisatie van militaire formaties, welke
in bataljons samengevoegd waren en waarvan elk den naam van een socia-
listischen leider droeg. Des Zaterdags en des Zondags werden in de omgeving
van Weenen velddienstoefeningen gehouden, waaraan de leden geünifor
meerd, voorzien van leergoed doch zonder wapens deelnamen. Alleen de
verbindingstroepen rukten volledig uitgerust uit.
Tegenover de opstandelingen beschikte de Regeering over politie en
gendarmerie in eerste linie, vervolgens over het leger en verder over de
voor het grootste deel reeds opgeroepen Heimwehren en „Ostmarkische
Sturmscharen"
De opstand had het volgende verloop. De opstandelingen bezetten overal
hun partijlokalen en de uitgebreide vereenigingswoningen welke onmiddellijk
duurzaam versterkt werden. Zij bepaalden zich niet slechts tot de verdediging,
doch gingen op verschillende plaatsen, vooral in de buitenwijken, tot het
offensief over op afzonderlijk optredende troepenafdeelingen en zwakke
bewakingstroepen. Daar genoemde vereenigingswoningen voor het grootste
gedeelte nabij de belangrijkste verkeerspunten van Weenen waren gebouwd,
beheerschten de opstandelingen reeds direct de geheele stad. Voornamelijk