men vooruit, niet door Mataram doch over Pagasangan en Pasing - gahan, welke plaatsen door de voorhoede stormenderhand werden genomen. Eerst bij den Sasakschen kampong Batoe Ringgit staak ten de Baliërs de vervolging. Boven dien kampong woeien witte en nationale vlaggen. Hier werden de vermoeide troepen door de Sasaksche bevolking van rijst en drinkwater voorzien. Na een half uur rust werd doorgemarcheerd naar het strand bij Tandjong Karang, waar men weldra verbinding kreeg met de uit Ampenan uitgerukte colonne. Ten 12.30 n.m. kwamen ten slotte de troepen uitgeput in het bivak te Ampenan aan. De colonne had op dezen dag nog een verlies van 20 dooden en gewonden geleden. De colonne onder overste Van Lawick van Pabst kreeg eerst in den namiddag van 26 Augustus, te Batoe Klian, het bevel van den opperbevelhebber tot terugkeeren. Zonder door iets ver ontrust te worden, werd gedurende den nacht van 26/27 Augus tus langs den weg gebivakkeerd en werd den volgenden morgen v/eer vroegtijdig opgebroken. Rustig werd de hoofdplaats Tjakra- negara binnengerukt. Nauwelijks was de voorhoede bij de eerste bocht in den grooten weg gekomen, of een allerhevigst geweer vuur barstte aan beide zijden van achter de muren los, waardoor ai dadelijk verwarring in den trein ontstond en velen gewond neerstorten. De voorste compagnie onder kapitein Christan be reikte met de sectie bergartillerie nog de tweede bocht, doch moest zich hier voorloopig in een verlaten tempel opstellen. Hierbij voegde zich later nog een sectie van de achterste com pagnie, welke het bericht mede bracht, dat de overste Van Lawick van Pabst gesneuveld was. Tevergeefs wachtte men op de aankomst van de overige drie sectiën der achterste compagnie onder bevel van den kapitein Lindgreen, die door den plotselingen vuuroverval het verband met de voorste compagnie had verloren. Omtrent het lot dezer afdeeling verkeerde de kapitein Christan in volkomen onzeker heid. Ook nu kon men in de opstelling in den tempel niet verl- blijven en moest een uitweg worden gezocht. Het gelukte in noordelijke richting het open sawahterrein te bereiken. Nog ruim een half uur werd hier gewacht en aanhoudend verzamelen ge blazen voor de 2e compagnie Lindgreen toen deze signalen niet beantwoord werden, besloot kapitein Christan af te marcheeren in westelijke richting naar het strand, daar de Baliërs weder kwamen opzetten. Na een zeer zwaren marsch werd in den avond van 27 Augustus het strand op 1 km ten noorden van Ampenan bereikt. Omstreeks 10.30 n.m. waren deze troepen in het bivak aangekomen. De 3 sectiën onder kapitein Lindgreen, welke te Tjakranegara achtergebleven waren, hadden zich binnen een ommuurde ruimte teruggetrokken. Het gelukte dit detachement een gedeelte van 847

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 15