SLOTOPMERKINGEN.
Oplegging.
Het geheele materieel behoort ook in vredestijd aanwezig te
zijn. Het dient met uitzondering van hetgeen ingehuurd, gere-
quireerd of aangekocht wordt (paarden, auto's, tankwagens,
batterijen voor electrische lampen, enz.) te zijn opgelegd bij de
beheerders der militaire apotheken, die daartoe worden aangewezen.
Een uitzondering vormt het materieel van andere wapens of
dienstvakken, waarvan de omvang, hoeveelheid of het onderh oud
van dien aard is, dat het bezwaarlijk in de bewaarplaatsen van
bovengenoemde beheerders kan worden ondergebracht. Zij blijven,
hoewel voor dit doel gereserveerd, opgelegd in de magazijnen of
depots van vorengenoemde wapens of dienstvakken. Tot dit mate
rieel behooren o.a. de transportmiddelen, de tuigen en dekkleeden,
groote hoeveelheden reserve-kleeding voor de gasziekenverband-
plaatsafdeeling, noodrantsoenen voor de zieken en gewonden.
Waar als eisch gesteld is, dat de formaties binnen eenige uren
gereed moeten kunnen staan om hun dienst te beginnen, hetzij
bij rampen of binnenlandsche onlusten, hetzij in geval van mobi
lisatie, moet het materieel voorts zoodanig zijn opgeschuurd, dat
ook de verstrekking ervan door de beheerders binnen enkele uren
kan geschieden.
Verwisseling.
Alle geneesmiddelen en verbandstoffen, welke deel uitmaken
van de „Benoodigdheden in Oorlogstijd", alsmede de utensiliën
en instrumenten, die daarvoor in aanmerking komen, moetenten-
minste éénmaal per jaar verwisseld worden. De verwisselde, „vrij"
gekomen artikelen dienen in de apotheek ter plaatse doelmatig
te worden verbruikt of gebruikt of indien zulks niet mogelijk is,
als „overtollig" naar het Algemeen Magazijn van Geneesmiddelen
te worden opgezonden. Aanvulling heeft plaats uit de voorraad der
apotheek, eventueel na aanvraag uit het vorengenoemd magazijn.
47
Zie de noot onderaan blz. 26.