Naar aanleiding van een smeekbrief door verscheidene Sasaksche kamponghoofden aan den resident van Bali en Lombok verzonden om te hunnen gunste bij het Lomboksche bestuur tusEchen beide te komen, vertrok in Februari 1892 de heer Liefrinck, controleur van Bali naar Mataram. Hij werd niet ontvangen twee brieven van den resident werden onbevredigënd en ontwijkend beantwoord. Voor het dempen van den Sasakschen opstand voerde de vorst van Lombok zonder onze vergunning wapens en munitie in. Hier voor werden twee stoomschepen gebezigd, de Sri Mataram en de- Sri Tjakra, welke onder eigen Lomboksche vlag en met geheele of gedeeltelijk Europeesche bemanning voeren. De vorst weigerde met een en ander te eindigen, waarna door onze marine embargo op de Sri Mataram werd gelegd. Brutaal was de houding van den vorst, toen hij een te Ampenan wonend Oostenrijker naar Singapore zond om een advertentie in de Strait Times te plaatsen, waarin hij liet weten niets met de Nederlandsche Regeering te maken te hebben en dat er op de reede van Ampenan zonder zijn vergunning door niemand gescho ten mocht worden. De resident van Bali en Lombok in Mei 1892 door de regeering met een opdracht naar Lombok gezonden, werd niet tot den vorst toegelaten. Hem werd medegedeeld, dat het Lomboksche bestuur niets uit te staan had met voorschriften van de Indische Regee ring omtrent het gebruik van stoomschepen voor oorlogsdoel einden en den invoer van krijgsvoorraad thans legde onze marine ook beslag op de Sri Tjakra. In het najaar van 1892 werd door eenige Sasaksche hoofden op nieuw met aandrang de bescherming van het gouvernement ingeroepen de Gouverneur-Generaal wilde echter voor alles een gewapenderhand optreden vermijden. Er diende evenwel iets gedaan te worden. In Juni 1893 werd de vorst van Lombok door den resident er op voorbereid, dat een gezant, de controleur Liefrinck, een eigen- handigen brief van den Gouverneur-Generaal zou komen over brengen. Vroeger was men korter aangebonden. In 1673 schreef de Gouverneur-Generaal aan de bewindhebbers der Compagnie over een Inlandsch vorst, die zich niet aan het contract hield: „Men zou echter, als het te hoog liep, wel occasie vinden om hem een lap om de ooren te geven, die hem heugen zal." De gezant werd 6 dagen te Lombok opgehouden, zonder dat hij zijn zending kon uitvoeren. Zoodra dit wel het geval zou zijn, zou het Lomboksche bestuur den resident daarvan onderrichten. Zoo was de toestand, toen in October 1893 Mr. Pynacker Hordyk het bestuur over Nederlandsch-Indië overgaf aan zijn opvolger, den Gouverneur-Generaal Jhr. C. H. A. van der Wyck. In 1894 begaf zich de controleur Liefrinck nogmaals naar Lom bok, ten einde een onderzoek in te stellen naar den hongersnood, 836

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1934 | | pagina 4