119 genomen in den koop moeten nemen. Is meer tijd beschikbaar dan zal men de opvolgende verdedigingslijnen moeten uitbreiden, waarbij, aangezien het schootsveld beperkt zal zijn, zooveel mogelijk van enfileerend en echarpee- rend vuur zal moeten worden gebruik gemaakt. Op belangrijke punten zullen steunpunten moeten worden ingericht. Deze wijze van verdedigen zal echter een groot aantal wapens en dientengevolge ook een groot aantal menschen eischen. Dit is ook noodig om het uit een moreel oogpunt nauwe verband in het verdedigingssysteem te bewaren, „il ne faut pas de trous dans la ligne de defense; il faut que les chefs de petites unites aient bien leur troupes en mainbien souvent, au début d'une installation, il faudra réaliser un étroit coude a coude". Om een juist verband tot stand te brengen en te vermijden dat de troepen onder eigen vuur komen, is het noodzakelijk, dat de plaats van eiken man en van elke afdeeling nauwkeurig wordt bepaald, dat de vuurstrooken nauw keurig worden vastgelegd, dat elke commandant nagaat op welke wijze hij zijn naast hoogeren commandant kan bereiken. Het gevecht in boschterreinen eischt zeer veel van het moreel, een hoofd- eisch is dus dat de commandant zijn afdeeling volkomen in de hand heeft. Het verdient aanbeveling om door in boomen opgestelde goede schutters enkele goed gerichte schoten te doen afgeven waardoor verwarring onder den tegenstander kan ontstaan. Veel aandacht moet worden besteed aan de flankbeveiliging. Luchtvaartnieuws. (M. W. No. 11) Japan. Ongeveer 90 van de Japansche vliegtuigen wordt in Japan in licentie gebouwd. Ook de motorenbouw wordt meer en meer opgenomen in de eigen industrie. De bestaande vliegtuigfabrieken zooals Ishikawajima (Tokio), Kawanishi, Kawasaki (Tokio), Mitsubishi (Tokio), Matsui (Tokorozawa) en Nakajima kunnen de opdrachten niet meer verwerken, uitbreiding is nood zakelijk. Niet alleen de opbouw van de Japansche luchtmacht vordert vele nieuwe vliegtuigen, maar ook de door Japanners in Manchukuo op te richten zelf standige vliegdienst. De luchtvaartbegrooting in Japan is steeds stijgende; deze bedraagt namelijk voor 1934/'35, 715 mill, yen waarbij nog 44 mill, yen komt voor het bouwen van vliegsteunpunten. Het 3-jarenplan voor de marineluohtstrijdkrachten vordert het afleveren van 288 vliegtuigen tot 1937. De legerluchtstrijdkrachten zullen een vermeerdering van 800 vliegtuigen in denzelfden tijd verkrijgen. Japan kent niet de luchtmacht zooals deze thans bestaat in Engeland, Frankrijk en Italië. De luchtvaart is namelijk ondergebracht bij 4 departe menten, t.w. de legerluchtstrijdkrachten bij het Departement van Oorlog, de marineluchtstrijdkrachten bij het Departement van Marine, de verkeers- vliegdiensten bij het Verkeersdepartement en het aerotechnisch instituut bij het Departement van Economische Zaken. Aan het hoofd van de legerluchtstrijdkrachten staat het „Armeeluftambt". Er bestaan 14 vliegerregimenten waarvan met uitzondering van een jacht- en 2 bommenwerperregimenten de samenstelling gemengd is. Het regiment is onderverdeeld in 2 bataljons van 2 a 3 compagnieën (escadrilles) het batal jon is de tactische eenheid en is uitgerust met verkennings-, jacht- en bom bardementsvliegtuigen. Een regiment heeft 70 a 80 vliegtuigen benevens reservematerieel, verplaats bare radiostations, zoeklichten, autopark enz. De personeelsterkte van een vliegerregiment bedraagt 100 officieren, 330 onderofficieren en 900 man schappen in totaal zijn bij de luchtstrijdkrachten ingedeeld ongeveer 23000 man (Manchukuo niet medegerekend).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 121