8. DE KLEEDING TE VELDE IN DE TROPEN
door
M. J. W. DE GROOT,
Officier van Gezondheid 2e Klasse.
In dit artikel zullen de hygiënische eischen besproken worden,
die wij door de bijzondere klimatologische omstandigheden aan
de kleeding in de tropen moeten stellen, om vervolgens in het kort
na te gaan in hoeverre de veldtenue van het Kon. Ned.-Ind.-Leger
aan deze voorwaarden beantwoordt.
Door alle eeuwen heen heeft de menschheid getracht zich te
beschermen tegen regen, wind en zonneschijn en men zou geneigd
zijn te meenen, dat thans, door de ervaringen onzer voorouders en
den grooten vooruitgang van de techniek, een tegen de elementen
afdoende bescherming gevende kleeding zou bestaan.
Als men echter bedenkt, dat nog steeds in de verschillende
legers naar verbeteringen wordt gestreefd en ook in den wereld
oorlog de veldtenue nog verre van ideaal was, behoeft dat dan ook
eenige verklaring.
De moeilijkheden die zich hebben voorgedaan bij de pogingen
om de kleeding te velde in hygiënische opzichten te verbeteren,
worden duidelijk, wanneer men de historische ontwikkeling volgt.
In vóórhistorische tijden moet de mensch zich met een dierenhuid
of eenvoudig weefsel bedekt hebben, als beschutting tegen kou
en hitte en andere klimaatsinvloeden.
Als tweede factor kwam hierbij het schaamtegevoel, dat naar
een bedekking van het lichaam deed zoeken, nog later de zucht om
zich te tooien.
Bij de verdere differentiatie zien we dan, dat gepoogd wordt
het ambts- en standsverschil in de kleeding tot uitdrukking te
brengen, terwijl later, met de opkomst van de sport, ook hygiëni
sche opvattingen zich doen gelden, maar onder alle omstandig
heden blijft bescherming tegen het klimaat een eerste eisch.
Hoe staat het nu met de veldtenue van den soldaat
Hieraan werd in vroeger jaren als hoofdvoorwaarde gesteld, dat
ze kleurig en fraai moest zijn. Langzamerhand bleek de onbruik
baarheid echter van de onhandige en zwierige kleeding en werd
de eisch van doelmatigheid gesteld.
Hygiënische factoren spraken nog weinig mee, naar militaire
criteria werd gehandeld.
Tenslotte bleek echter, dat een compromis wel altijd zijn be-
Naar een voordracht gehouden te Tjimahi in December 1934.
91