250
tusschen de officieren, de onderofficieren en de manschappen. Geen on
derscheid in lot; dat was een der krachten mede waardoor het leger de taak
heeft kunnen vervullen, die het heeft vervuld, wat de diepste bewondering
waard is. Het Ind. leger heeft den weg gebaand tot het van alle kanten
geprezen administratieve beheer. Zoo is de welvaart mogelijk gemaakt, welke
Indië tot kort geleden genoot. Twee dingen zal 't Ind. leger steeds in het
oog houden: dat zijn zinspreuk moet blijven luiden: Ik dien en dat naast die
zinspreuk de ander zal worden gehoord: Je maintiendrai
Het eerste deel werd besloten door een vertooning van het bekende
Indische Bivak, door de Kol. Reserve ze sloeg sterk in en toen de brigade,
die Woensdag naar Indië vertrekt, in het gelid geschaard, de karabijn
presenteerde, klonk haar luid applaus tegen en een Leve het Indische leger
Na de pauze sprak de alg. voorzitter yan het N.J.V., mr. W. d e Vries.
De Rijkseenheid.
Hij zette uiteen het doel van het N. J. V. en hoe onze natie meer dan
eenig ander volk krachtens heden en verleden geroepen is bij den opbouw
van de internationale samenleving een belangrijke rol te spelen en zich te
lang onthouden heeft die taak op de schouders te nemen. Te veel heeft het
zich blind gestaard op het werk, dat in Genève geschiedt. De internationale
bedeeling is Nederland toevertrouwd voor zijn Indië. Geen verbreking der
Rijkseenheid, maar versterking van de banden tusschen de verschillende
volken en stammen die onder Ned. gezag samenleven. (Appl.) Verwerpelijk
acht het N. J. V. het streven van hen die Indië los van Holland nu of later
eischen. (Appl.) Nederland en Indië onverbrekelijk verbonden in loyale,
oprechte samenwerking. (Appl.) De Rijkseenheid gedachte moet steeds weer
gehamerd worden in de hoofden onzer volksgenooten.
Scherp keurde hij het optreden van Europeesche jongeren in Semarang
tegen inlanders af, dat een smet werpt op de Nederlandsche jongeren. Een
grootsche taak is den jongeren opgelegd, verdere opbouw van het thans
mechanisch Rijksverband. Eén leider zal ons regeeren, Oranje. (Daverend
applaus). Eén weermacht zal ons beschermen tegen de gevaren van binnen
en buiten, Hr. Ms. leger en vloot. Eén Rijk zullen we allen bewonen, Hr.
Ms. Koninkrijk Nederland, bestaande uit Nederland in Europa, Azië en
Amerika. Hier kan wat grootsch verricht worden.
De taak het Ind. leger.
Kapitein A. Struyvenberg, van den Gen. Staf van het K.N.I.L.,
de laatste spreker, noemde het een groot voorrecht op dezen Indischen
legeravond het woord te mogen voeren. In de eerste plaats, omdat het den
Indischen officieren zoo zelden gegeven is voor een Nederlandsch publiek
iets te mogen vertellen over het leger dat daarginds, in de verre tropische
gewesten, de belangen van het vaderland behartigt, terwijl toch zoowel de
roemrijke historie van dat leger als de belangrijke taak, die het in Indië
te vervullen heeft, waard zijn om in ruimen kring bekend te worden. In de
tweede plaats omdat, hoezeer ook de belangstelling in Nederland voor onze
koloniën groeiende is, ik niettemin de overtuiging heb, dat het Indische leger
in het moederland nog onvoldoende bekendheid geniet.
Ons Indisch leger neemt als koloniaal leger een bizondere positie in, die
oorzaak is, dat dat leger een geheel andere taak heeft en aan geheel andere
eischen moet voldoen als een leger, zooals we ons dat in Europa voorstellen.
Een koloniaal leger vindt de hoofdreden van zijn bestaan juist niet in de
oorlogstaak, in het afweren van aanslagen van buiten, maar dat in vre
destijd zijn voornaamste functie heeft te vervullen n.l. het verzekeren van
de ongestoorde ontwikkeling van het koloniaal gebied door het handhaven
van orde en rust en door met kracht op te treden tegen eiken binnenland-
schen aanslag op het gezag.
