De troepen betrokken nu winterkwartieren en FRIEDRICH's hoop op een spoedigen vrede herleefde, 't Zou echter ook nu nog niet zoo ver komen. Oostenrijk bedacht met Sachsen de volgende combinatie: de Sachsers gaan naar Leipzig, jagen daar de zwakke troepen van den ouden Vorst van Dessau naar het noorden, trekken vervolgens dwars door hun eigen land naar het Oosten naar Krossen aan de Oder en snijden op die manier zonder dat een haan er naar kraait FRIEDRICH's leger in Silezië van het Moederland af wij Oos tenrijkers steunen deze operatie door het Pruisische leger in Silezië te binden. En op 30 October 1745 begon deze operatie in groote lijn door den opmarsch van de eerste Oostenrijksche colonne sterk 19 batns en 41 esks, terwijl op 2 November prins KARL met 16 batns en 42 esks volgde en op 19 Nov. Lauban op de Sachsisch-Silezische grens bereikte. Nu kwam er echter een kink in de kabel, omdat Rusland een aanval der Sachsers op de provincie Brandenburg ontoelaatbaar achtte. Daarom zou de helft der Sachsers maar bij Leipzig blijven (inderdaad bleven 25000 man), prins KARL zou met 20000 man zijn actie tegen FRIEDRICH's leger voortzetten, en de andere helft der Sachsers (inderdaad 6000 man) zou daar bij den linkervleugel dekken. FRIEDRICH die, in Berlin zijnde, door den Zweedschen gezant in Dresden op 11 Nov. reeds het geheele operatieplan der vijanden vernam, ging nu naar zijn leger in Silezië en nam daar de volgende besluiten 1. De Vorst van Dessau houdt zich gereed tot oprukken naar Leipzig. 2. Het Silezische leger verzamelt zich (30000) aan de Bober (zijrivier van de Oder). Hier hield FRIEDRICH zijn troepen aan om de Oostenrijkers nog dieper binnen Sachsen te laten doordringen. Op welke invitatie prins KARL echter niet inging. Daarom rukte FRIEDRICH op 23 Nov. op „um eine gute Ravage ,,zu tun und gut aufzuraumen, was Ich auch sonsten in Meinem „Wege finde, zu attaquiren Bij Katholisch Hennersdorf (N.v. 141 „Disciplin derer Preuszischen Trouppen". Het werd in 1748 door FRIEDRICH ten behoeve van zijne Generaals opgesteld, en in 1753 in druk aan de Generaals persoonlijk uitgereikt bij eigenhandig door den Koning geteekende brieven. Het boek is zeer zeldzaam het eenige exemplaar dat de Deutsche Heeres- Bücherei in Berlin bezit heb ik door de gewaardeerde tusschenkomst van den Kapitein van den Generalen Staf G. J. SAS eenigen tijd ter bestudeering gehad, tegelijk met de Politische Testamente van 1752 en 1768. Voor die hulp wil ik hier gaarne Kapitein SAS nogmaals openlijk dank zeggen Aan 't slot van FRIEDRICH's biografie hoop ik nog 't een en ander uit deze hoogst belangwekkende werken te kunnen bespreken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 15