„het gewichtigste toeschijnt, dringt hem om het minder gewich tige voorloopig te laten rusten; Voor de niet-tenuitvoerlegging „van het laatste is hij niet strafbaar. „Schadelijk in tweeërlei opzicht. „1°. omdat bij de regeling der niet-strafbaarheid in geval van „noodtoestand met betrekking tot de gehoorzaamheid, de rechter „de gevolgtrekking zou kunnen maken, dat in andere gevallen van „noodtoestand straf moet worden opgelegd; „2°. omdat volgens het voorstel het later ontvangen bevel te „allen tijde boven het eerste gesteld wordt. Leert men den sol- „daat, dat hij niet strafbaar is, wanneer hij na mededeeling ge- „daan te hebben van het eerst ontvangen bevel, het tweede op- volgt, indien dit uitdrukkelijk herhaald wordt, dan zal hij, in „geval van conflict van plichten, zich natuurlijk plaatsen aan die „zijde, welke hem straffeloosheid waarborgt, en hierin schuilt een „gevaar. Bijv. Een hoofdofficier gelast een ordonnance onmiddel lijk zijn paard te halen en ventre a terre een bericht over te „brengen, waarvan de uitslag van een gevecht afhankelijk is. „In den stal komende ontmoet die ordonnance een onderofficier, „die hem beveelt, eerst zijne kleeding in orde te brengen. Laatst genoemde deelt den onderofficier het reeds ontvangen bevel me- „de, maar niettemin volhard deze bij het zijne. Volgens het voor stel is de ordonnance straffeloos, indien hij dit tweede bevel op „volgt. Natuurlijk doet hij dit ende slag wordt verloren. „Het is onmogelijk voor het geval van noodtoestand vaste voor schriften te geven; elk geval moet op zich zelf worden beschouwd. „De rechter is nu geheel vrij in zijn oordeel; van overmacht staat in de wet geene omschrijvingzoodra het vaststaat, dat een „beschiddigde gehandeld heeft onder den drang van overmacht, „ontslaat hij hem van alle rechtersvervolging. x) „De militair is in zoo'n geval eerst strafbaar, wanneer hij door siet, dat zijn eerste bevel gewichtiger is dan zijn tweede en hij „niettemin het laatste opvolgt. Volgens het voorstel zou de rechter „den man niet kunnen straffen, zelfs wanneer bewezen is, dat „deze het meerdere gewicht van het eerste bevel goed heeft inge zien en niettemin het tweede heeft opgevolgd. „Op deze beschouwingen werd geantwoord, dat met betrek- „king tot het gegeven voorbeeld het voorstel toch wel gehand haafd kon worden want dat de beslissing in elk geval in handen „van een meerdere gelegd wordt, van wien men in den regel „meer doorzicht kan verwachten dan van den mindere en dat „die meerdere, wetende dat hij de geheele verantwoordelijkheid „overneemt, zich wel tweemaal zal bedenken, voor hij tegenbevel geeft. Hiertegen werd opgemerkt, dat het geval zich zeer goed 177 b Cursiveering van mij. S.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 51