O., dat dit bewezene is voorzien en strafbaar gesteld bij artikel 372 van het Wetboek van Strafrecht en beklaagde te dier zake tot straf dient te worden veroordeeld Gelet op de bovenaangehaalde wetsbepaling, zoomede op de artikelen 195 en 199 van de Rechtspleging bij de Landmacht, 210 van het Crimineel Wetboek, 10 en 12 van het Wetboek van Straf recht, 1, 3, 5 en 11 van het Koninklijk Besluit van 19 December 1839 No. 35, Indisch Staatsblad 1890 No. 58, zooals dit sedert is gewijzigd en 292 e. v. van het Inlandsch Reglement. RECHTDOENDE IN NAAM EN VANWEGE DE KONINGIN Verklaart het telastegelegde wettig en overtuigend bewezen en beklaagde daaraan schuldig Qualificeert het bewezene als het misdrijf „verduistering"; Veroordeelt beklaagde deswege tot gevangenisstraf voor den tijd van drie maanden te vervangen door militaire detentie van gelijken duur. NASCHRIFT. De vraag of de tussen de rijwielhandelaar J. en beklaagde geslo ten overeenkomst nu een huur-, een koop- of een huurkoopover eenkomst is geweest, is, naar mij toeschijnt, in het vonnis van de Krijgsraad onvoldoende onder het oog gezien. De telastlegging luidt, dat beklaagde het rijwiel in huur heeft ontvangen; beklaagde beweert, dat hij het op afbetaling heeft gekocht en de rechter acht deze bewering zeer onwaarschijnlik, gezien „het zeer uitgebreid en algemeen bekende gebruik, dat van huurkoop-overeenkomsten wordt gemaakt". Wat is er wettelik bewezen Overgelegd wordt een onder handse, in hoofdzaak gedrukte, akte van een huurovereenkomst, die door de beklaagde met zijn duimtopafdruk was voorzien. „Getekend", zegt de Krijgsraad, maar de duimtopafdruk was niet van de verklaring van een notaris of ander ambtenaar vergezeld. De beklaagde erkent echter zijn duimtopafdruk op het stuk te hebben gezet en een getuige, de persoon die in het burgerlik proces zijn tegenpartij zou zijn geweest en bij een veroordelend strafrechtelik vonnis belang heeft, verklaart, dat hij deze akte aan beklaagde heeft uitgelegd. Maar had deze getuige dit werke- lik gedaan en dit juist gedaan en dit alléén gedaan, dan zou het volkomen onbegrijpelik wezen, dat de beklaagde als teken van instemming zijn duimtop had afgedrukt. Want deze akte houdt een zuivere huur-overeenkomst in. Sub IV werd daarin onder- 193

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 67