machtig mogen gaan vercijferen, indien er geenerlei dienstaan
wijzing op het betreffende bericht is gesteld.
Een ontcijferd ACY-bericlit zal steeds als zoodanig herkenbaar
moeten blijven, m.a.w. indien zidk een bericht onderweg mocht
worden ontcijferd, behoort de oorspronkelijke dienstaanwijzing
ZNCY daarvoor weder in de plaats te treden.
Het komt mij echter economischer voor (time is money, óók
in den oorlog!), wanneer een eenmaal „ambtshalve" vercijferd
bericht verder vercijferd blijft; dit spaart tijd en kans op ver
minkingen (welke een nieuwe bron van tijdverlies zijn), terwijl
„het geheim" m.i. daardoor beter verzekerd blijft.
Waar een CY-bericht wordt ontcijferd, wordt in het voorschrift
niet aangegeven, doch aangezien de vercijfering normaal geschiedt
door den afzender (of althans bij diens staf), zoo moet naar
analogie redeneerende de ontcijfering eveneens geschieden door
den geadresseerde (diens staf)En een ACY-bericht zou n.m.m.
op geheel dezelfde wijze moeten worden behandeld als een CY-
bericht.
punt 22
punt 23 (5). Onder „hetzelfde geheimschrift" behoeft niet te
worden verstaan, dat dezelfde sleutel moet worden gebezigd de
bedoeling is slechts, dat hetzelfde systeem (bijv. het cijfervierkant)
moet worden gebruikt bij de beantwoording.
punt 25 e. Hier hebben we te doen met een geval van „ver
ticale" berichtenwisseling. Het kan dus voorkomen, dat reeds uit
dien hoofde bij de doorzending van een anderen sleutel moet
worden gebruik gemaakt, zoodat de cijfertekst daardoor wellicht
uiterlijk geen enkele overeenkomst vertoonen zal met den oor-
spronkelijken cijfertekst.
Toch blijft ook dan nog wijziging van de bewoordingen van den
oorspronkelijken tekst noodzakelijk.
Het zou te ver voeren en te veel ruimte vorderen, om die
noodzakelijkheid in extenso te bespreken, doch een blik op de
beide vierkanten op blz. 80 (Januari-nummer) laat zien, dat bij
een niet oordeelkundige keuze van sleutelwoorden de onderschei
dene vierkanten welke met behulp daarvan worden geconstrueerd,
groote overeenkomst met elkander kunnen vertoonen hetzelfde
geldt uiteraard evenzeer voor de met die vierkanten vercijferde
teksten.
Doch zelfs al zijn die vierkanten totaal verschillend, dan nóg
bestaat de noodzakelijkheid om den tekst te wijzigen, omdat in
de lengte (aantal groepen, letters) van de opgevangen telegram
men door onderlinge vergelijking wellicht aanwijzingen kunnen
worden gevonden.
Het is bovendien gansch niet denkbeeldig, dat de tegenpartij
den sleutel van het oorspronkelijke cijferbericht zou hebben ge-
204