Hfdst. V van de oude Conventie bevatte voorschriften, betref
fende de evacuatie-convooien. Aangezien de groote convooien
thans vervangen zijn door kleinere transporteenheden of groepen
daarvan en nieuwe vormen van geneesk. transporten in het leven
zijn geroepen, is het betrekkelijk hfdst. opgenomen in de rubriek
„Geneesk. transporten.". Onder deze voorwaarden is art. 17 aan
merkelijk gewijzigd en is aan dit Hfdst. een nieuw artikel (art.
18) toegevoegd, uitsluitend gewijd aan luchtvaarttoestellen, ge
bezigd als middel van geneeskundig transport. De bepalingen
omtrent de behandeling van het geneesk. personeel en materieel
der mobiele formaties blijven in groote trekken van toepassing
op de middelen van vervoer. De voertuigen, die voor geneeskundig
vervoer zijn ingericht en in handen van den vijand vallen, zullen,
evenals het begeleidend personeel en het materieel, worden te
ruggezonden. Ze kunnen evenwel in geval van militaire noodzaak
tijdelijk door den vijand worden aangehouden voor het vervoer
van zijn eigen gewonden, onder voorbehoud, dat het gebruik
ervan slechts zal kunnen plaats hebben in den sector, waar ze
onderschept zijn, en dat de vijand zich belasten zal met de ge
wonden en zieken, die het convooi vervoerde. De militaire trans
portmiddelen, evenals hun bespanningen en het militaire bewa
kingspersoneel, dat hen vergezelt, kunnen buitgemaakt, c.q.
gevangen genomen worden. Daartegen zal het militaire personeel,
belast met het geleide van het geneeskundig transport en daartoe
voorzien van een speciale opdracht, worden teruggezonden. Het
burgerpersoneel is onderworpen aan de algemeene regelen van
het volkenrecht. De piloten van de luchtvaarttoestellen worden,
evenals de helpers en de radiotelegrafisten, slechts teruggezonden
onder voorwaarde, dat ze tot na afloop der vijandelijkheden niet
meer zullen worden gebruikt anders dan ten behoeve van den
geneeskundigen dienst.
De vraag omtrent de toevoeging aan de Conventie van 1929
van algemeene voorschriften, die betrekking hebben op het ge
bruik van luchtvaarttoestellen als geneeskundig transportmiddel,
is beschouwd geworden als zijnde niet voldoende zuiver gesteld,
en voor enkele van zijn onderdeelen verdaagd met het oog op
een nadere bestudeering. Alleen de meest noodzakelijke voor
schriften zijn behouden gebleven en in art. 18 geformuleerd. Al
dus heeft de Conventie toegestemd in het gebruik van toestellen,
uitsluitend voor evacuatie van gewonden en voor vervoer van
geneeskundig personeel en materieel. Deze bescherming is even
wel onderworpen aan zekere voorwaarden. De toestellen zullen
vooral niet over de vuurlinie mogen vliegen of over de zone vóór
de groote geneeskundige posten, of in het algemeen over elk
grondgebied, door den vijand bezet, dan met een speciale ver
gunning. Ze zullen aan elke sommatie om te landen moeten ge
hoorzamen. In geval van landing in vijandelijk gebied of in door
224