Grootere Romeinsche getallen kunnen in berichten enz. voor
komen, wanneer bijv. wordt verwezen naar bepaalde kaart-
bladen.
Zoo loopt de nummering der detailbladen schaal 150.000 van
Midden- en Oost-Java door tot XCIX (99)Ondanks het ontbreken
van L (50) en C (100) in den code kunnen we dit getal toch met
Romeinsche cijfers in het bericht omzetten doorJAV C JAU.
Iets anders wordt het, indien het Romeinsche getal uitsluitend
bestaat uit bijzondere cijfers (letters), zooals bijv. MCML (1950).
Normaal zal dit geen moeilijkheden opleveren, indien men dit
getal slechts doet voorafgaan door een der groepen JAF of JAG.
Meestal blijkt dan uit den tekst wel, waar het Romeinsche getal
eindigt. Doch in den oorlog is het abnormale normaal, en het
is niet verstandig althans niet voorzichtig om hier een wissel
te trekken op de nauwkeurigheid van chiffreurs- Deze menschen
zullen het druk genoeg hebben, zoodat hun werk slechts auto
matisch zal kunnen worden verricht, en zij geen tijd hebben om
zich met de beteekenis van het ontcijferde bezig te houden (boven
dien moreele factoren
De vraag is dus „waar eindigt zulk een Romeinsch getal
Aan alle bezwaren kan met één pennestreek een eind worden
gemaakt, door in den J-code een groep op te nemen, welke het
slot van een Romeinsch getal aanduidt.
Naar analogie van de dubbele beteekenis van de groep JAH,
zou men nu aan het slot van een Romeinsch getal eveneens één
der groepen JAF of JAG kunnen plaatsen.
punt 36 (4)Uit dit punt blijkt, dat als systeem is aangenomen,
dat van een getal alle cijfers afzonderlijk dan wel in combinaties
van links naar rechts worden vercijferd.
63 wordt dus^omgezet in ,,'6" „3"; 565 kan slechts worden omgezet
als „5" „6"^„5". Evenzoo wordt 15 omgezet in „1" „5" en nimmer
als „10" „5". Dit laatste zou de omzetting zijn voor 105.
Omgekeerd beteekent dus bij de ontcijfering bijv. „5" „10" nim
mer 15, doch steeds 510.
De variatie waarop in dit punt gedoeld wordt, is slechts van
geringen omvang en kan eigenlijk slechts worden toegepast, wan
neer het te vercijferen getal bestaat uit de cijfers 0, 1 t/m 4, of
Depaalde combinaties van cijfers en nullen. Voor de cijfers 5
t/m 9 is geen variatie in de voorstelling mogelijk.
Terloops wil ik hier even de aandacht vestigen op een „slip
of the pen in dit punt, welke door den aandachtigen lezer ver
moedelijk wel reeds zal zijn ontdekt.
Er staat nl.„zoo kan „15000" worden omgezet in „15" of viif-
tien" en „1000" of „duizend"
Dit is om verschillende redenen beslist onjuist, want
369