door het stevig aanhalen van de banden hierin verbetering bren
gen. Laat het gasmasker dan nog gas door, dan is er een lek aan
wezig en zal men door primitieve middelen dit trachten te her
stellen. Een gat in de vullingbus wordt met een vochtige doek,
stopverf, klei of zeep dicht gemaakt. Ook kan men een nat ge
maakt beenwindsel om de bus en over het gat wikkelen.
Van een lek geschoten slag wordt het vernielde einde afge
sneden en aan het gelaatstuk of de vullingbus bevestigd. In de
gevallen waarbij de geheele slang is vernield of het gelaatstuk
onbruikbaar geworden, wordt het inademingsventiel uit de vul
lingbus verwijderd, de patiënt de bus in den mond gestoken en
hem aangeraden alleen door den mond te ademen en de oogen te
sluiten.
Van een gescheurd gelaatstuk wordt de scheur met kleef pleis
ters dicht geplakt. Indien er een oogglas is gebroken, worden de
resten verwijderd en drukt men een tot een prop gemaakte doek
in de vensterruimte. Is het geheele gasmasker vernield, dan wordt
een eenvoudig masker met speen en neusklem verstrekt of een
vochtigen, liefst in neutraliseerende vloeistof gedrenkten doek,
over het gelaat gebonden. 1)
Indien de vullingbus vermoedelijk is uitgewerkt, wordt deze
verwisseld.
Voor wat betreft het verleenen van eerste hulp aan gewonden
of gewonde gaszieken, die zich in de gasatmospheer bevinden
geldt het navolgende.
Het is gebleken, dat na eenige oefening het aanleggen van ver
banden, het spalken van armen en beenen, het aanbrengen van
een mitella, enz., door personen die het gasmasker in beschermings
stelling dragen niet meer tijd vraagt dan het verrichten van deze
werkzaamheden zonder dat het gasmasker is opgezet. Ook
het aanleggen van hoofdverbanden bij patiënten, die het
gasmasker hebben opgezet kan na het treffen van de noo-
dige voorzorgen gemakkelijk geschieden, zonder dat de
patiënten gas inademen. Om dit mogelijk te maken drukt de pa
tiënt met beide handen het gelaatstuk tegen het gezicht aan, ter
wijl het bandenstelsel over het voorhoofd wordt geslagen, waar
door de geheele behaarde hoofdhuid vrij komt en het verband kan
worden aangelegd. Hierna wordt de voorhoofdsband een weinig
verlengd, het bandenstelsel weer teruggeklapt, op de juiste plaats
gebracht en goed nagezien, dat het masker weer geheel gasdicht
afsluit.
Heeft de patiënt niet de beide handen ter beschikking, dan
wordt het gasmasker afgenomen en den patiënt een speciaal
geconstrueerd masker zonder hoofdbanden gegeven (zie afb. 1).
376
In overweging kan worden genomen om aan de verbandtasschen van
de ziekenverplegers een fleschje toe te voegen met 100 cc urotropineoplos-
sing. V.