Is een dergelijk masker met aanwezig, dan wordt een in neutra- hseerende vloeistof gedrenkte of met water bevochtigde doek over het gelaat gebonden. Ook bij verwondingen van het gelaat ot van de kaak wordt deze laatste methode toegepast. Worden gaszieken, gewonden of gewonde gaszieken in een atmospheer aangetroffen die gasvrij is, maar kort geleden door verstikkende ot prikkelende gassen was verontreinigd, dan is het niet ondenk baar, dat personeel en zieken nadeelige gevolgen zullen onder vinden van de uit de kleeren der patiënten vrijkomende gassen, n deze gevallen wordt gehandeld alsof de atmospheer met gas is bezwangerd. Zijn de bovengenoemde voorzorgsmaatregelen getroffen dan wordt de patiënt naar de dichtstbijzijnde geneeskundige formatie vervoerd. Personen die zich in een door mosterdgas of door andere blaartrekkende gassen besmet terrein bevinden, moeten na het opzetten van het gasmasker zoo spoedig mogelijk de besmette omgeving verlaten. Buiten het besmette terrein gekomen wrijven zij de handen en andere niet beschermde huidgedeelten af met een mengsel van chloorkalk en magnesia 1). Hierna begeven zij zich naar de dichtstbijzijnde geneeskundige formatie en worden hier door de zorgen van het geneeskundig personeel ontsmet. Liggen gewonden in een door blaartrekkend gas besmet terrein, dan moeten zij eveneens zoo spoedig mogelijk hieruit worden ver wijderd. Het geneeskundig personeel dat de gewonden haalt draagt het gasmasker in beschermingsstelling en is gekleed in beschermende kleeding tegen blaartrekkende gassen, of, indien deze niet aanwezig is, treft het maatregelen om de besmetting- zooveel mogelijk tegen te gaan (schoenen en beenwindsels drenken in parafine, glycerine of teer, handen inwrijven met een chloor kalk-magnesia mengsel, vermijden van hoog gras, enz. Zie ook punten 94—96 Nederl. Handl. Gasbesch.). Bij het doorschrijden van het besmette terrein maken de ziekendragers zooveel mogelijk gebruik van door borden aangegeven ontsmette wegen. De terreinontsmetting behoort tot de taak van de eventueel gevormde ontsmettingsploegen der bataljons. Zij bestrooien het teirein met chloorkalk (1 kg. per 10 m2) en spitten het hierna om. De aldus behandelde strooken worden door borden met het vol gende opschrift aangegeven ontsmet terrein datum Uur: Aan den zijkant van de gasmaskertasch wordt in een daarvoor be- P jeni eP meegedragen, waarvan de inhoud bestaat uit een mengsel van 1 deel chloorkalk en 2 deelen magnesia. V. 377

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 109